Wanneer het leven teleurstellingen met zich meebrengt
Lezen: 1 Samuel 1:1-19
Het boek 1 Samuel begint met de geschiedenis van Elkana en zijn twee vrouwen, Hanna en Peninna. Het is een constructie die de nodige spanningen met zich meebrengt. Hanna moet op twee vlakken teleurstellingen doorstaan: op het verticale vlak (haar verhouding met God) en horizontale vlak (omgang met mensen). Aangaande het verticale vlak belijdt ze dat God haar moederschoot heeft gesloten – ze is onvruchtbaar; op het horizontale vlak is de arrogante en kleinerende houding van Peninna haar tot last. Het kan niet anders, of ze is op zowel geestelijk als psychisch vlak diep gegaan. Haar geschiedenis roept ons op tot het vormen van een pastoraal appèl.
Onvervulde verlangens
Vele mensen worstelen ontzettend met een vurig verlangen, dat op tot op de dag van vandaag niet vervuld is. Hanna verlangt naar het baren van een kind, maar God heeft haar moederschoot gesloten. In modernere taal zouden we zeggen dat ze niet zwanger kon worden. Stelletjes die tot over hun oren verliefd zijn, roepen in hun enthousiasme dat ze ‘drie kinderen willen nemen’, maar Hanna zou geen begrip hebben voor dit soort vlindertaal. De Bijbel ondersteunt deze gedachte niet. Het maakbaarheidideaal faalt op dit punt. Hanna kan geen kinderen baren en dit zal bij haar zelf wellicht tot meer verlangens naar een kind hebben geleid.
Mensen kunnen hartstochtelijk verlangen naar verschillende dingen. Tegelijkertijd kan het zijn dat God deze verlangens onvervuld laat. Dit is ontzettend moeilijk voor elke persoon die hiermee geconfronteerd wordt. Mensen zullen, net als Hanna, tranen laten vloeien als ze zich er langzaam maar zeker van bewust worden dat waar hun verlangen naar uitgaat misschien nooit werkelijkheid zal worden.
Rivaliserende spot
Hanna loopt rond met de last van onvruchtbaarheid. Ze worstelt met het gegeven dat God haar moederschoot heeft gesloten. Deze last wordt ook nog eens verzwaard door de andere vrouw van Elkana, Peninna. Zij heeft wél kinderen gebaard, zonen en dochters – en schept er behagen in dat Hanna moet rondlopen met de last van onvervulde verlangens. Ze treitert Hanna bewust om haar bitter te maken. Het is te vergelijken met basisschoolleerlingen die hun leeftijdgenootjes een lekker puh! verkopen. Ik lekker wel, jij lekker niet! Wat een diepe wonden kunnen deze woorden slaan! Er wordt in de Bijbel gesproken over de naaste. Er wordt niet gesproken over de onderste. Alle mensen zijn gelijkwaardig, simpelweg omdat wij van hetzelfde maaksel zijn. We zijn allemaal van vlees en bloed, hebben allemaal onze zwakheden, een zondenatuur, onze eigen lasten. Het degraderen van anderen onteert de gelijkwaardige positie die de naaste heeft. Naaste betekent ook dat je in je houding en benadering naast iemand kunt gaan staan – geen houding van bovenaf die iemand even de les leest. Zo simpel liggen de zaken immers niet.
De ziel een open boek voor God
Genoeg levenservaring leert dat het vertrouwen in mensen een fikse deuk kan oplopen door de manier waarop anderen omgaan met onze lasten. Dit hoef je mij na 23 jaar ook niet meer aan het verstand te brengen. Onbegrip, verachting, spot, hoon en verwerping kunnen de geest en psyche aardig van streek maken. Wie meent dat de beste schuilplaats te vinden is bij andere mensen, komt bedrogen uit. De enige Die de ziel als een open boek kan inzien, is niet een ander mens, maar de Schepper. Weet Hij wat er door jou en mij heengaat? Voor honderd procent. Weet jouw of mijn beste vriend(in) dit? Totaal niet – slechts voor een klein deel. Sterker nog, ik ben voor een deel voor mijzelf een raadsel, een gesloten boek. Daarom is Hanna’s reactie op de ingrijpende situatie in haar leven de enige juiste: ze stort haar ziel uit voor God, ze lucht bij Hem haar hart. Het wonderlijke is dat ze Peninna niet naar de strot vliegt of een woord tegen haar spreekt; ze laat slechts bittere tranen en wil alle moeilijkheden uitspreken voor het aangezicht des Heeren.
Pastorale weg
Omdat God de Enige is die werkelijk weet wat in een mensenziel omgaat, is Hij de Enige Schuilplaats waar alles in vertrouwen gedeeld kan worden. En het woord alles betekent hier dus ook echt alles. Als God met ons om zou gaan zoals mensen geregeld met elkaar omgaan, zou de zaligheid haast voor geen enkel mens weggelegd zijn. Wat kunnen wij elkaar snel afschrijven! Wat zou er gebeuren, als er een categorie lasten bestaat, waarmee je niet tot God mag naderen? Dat Hij de streep eronder zet – of beter verwoord: erdoorheen? Dan is het voorbij. Over en uit. Dan kun je hopeloos inpakken en vertrekken. Maar zo werkt het niet. De apostel Petrus bemoedigt gelovigen om alle bekommernissen op de Heer te werpen, want Hij zorgt voor hen (1 Petrus 5:7). Geen uitsluiting van welke last dan ook! Niets is onbespreekbaar, alles mag gebracht worden voor de troon van God.
Vandaag de dag komen steeds meer groepen christenen bij elkaar voor zogenaamde accountability, het doornemen van ieders leven met als doel door elkaar gesteund en opgebouwd te worden – een ontwikkeling die ik van harte toejuich. Maar één ding moet erbij vermeld worden: je moet er absoluut geen type-Peninna bij hebben. Je moet er toch niet aan denken je diepste zielsworstelingen te delen en dat iemand uit de groep hier laatdunkend en spottend op reageert!
Daarom is het van belang een vertrouwensband op te bouwen met onze Schepper. Hij Die alles van ons weet, die ons ten volle kent, voor wie geen ding onzichtbaar is, kan daarom alles ook op de juiste waarde schatten. En dat is wat een oprecht mens zoekt. Hoe groter de worsteling, des te groter de schroom om er met andere mensen over te praten – en nogmaals: dit kan van alles zijn! Onvervulde verlangens, boezemzonden of karaktertrekken: ze raken de persoonlijkheid van iemand tot in het diepst van de vezels. En om dan door een type als Peninna zo voor schut gezet te worden, komt des te harder aan en kan de wond als een scherp mes verder openrijten. Moeten wij onszelf nu maar gaan onthouden van menselijk gezelschap, omdat het risico bestaat dat het ons net zo goed kan overkomen? Nee. Allerminst, zou ik willen zeggen. De vraag is wie jij toegang verschaft tot de diepere lagen van jouw persoonlijkheid. Het gaat om verstandige keuzes maken. God heeft ons neergezet in de gemeenschap der heiligen – heiligen die allemaal hun eigen worstelingen en strubbelingen hebben, neem dat maar van mij aan. Iedereen heeft zijn eigen lasten. Geen christen loopt aldoor fluitend de pelgrimsreis naar het Nieuwe Jeruzalem. God heeft ons juist aan elkaar gegeven om tot steun te zijn als we lasten hebben, die we zelf niet kunnen dragen. Het probleem doodzwijgen is geen oplossing. De realiteit is de realiteit. Ergens gemakkelijk overheen stappen is ook geen optie. Hanna werd bijzonder en ook bovennatuurlijk gezegend nadat ze tot de Heer genaderd was in gebed. Het betekent niet dat we van gebed het middel moeten maken om wonderen uit de hemel te trekken, maar geeft wel kracht en steun als we al onze gevoelens, gedachten en emoties naar de plek brengen waar zij het meest op waarde geschat worden: bij God Zelf.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.