SalvationInGod

woensdag 15 februari 2012

Lessen uit het leven van Gideon

Lezen: Richteren 6-8

Gideon is de vijfde Richter, die sinds het overlijden van Jozua en het binnengaan van het land Kanaän door het volk Israël, wordt aangesteld het volk te redden. Ditmaal hebben de Midjanieten de strijdbijl tegen Israel opgepakt. De geschiedenis van het volk dat God om hulp roept, herhaalt zich andermaal en God zendt een profeet. Die moet namens de HEERE verkondigen, dat het volk ongehoorzaam is geweest, doordat het is gaan buigen voor goden van andere volken. Nu is het Gideon die geroepen zal worden om de Israëlieten te bevrijden. Op een zeker moment verschijnt de engel des Heeren aan hem.

'Waarom?'
De eerste woorden van de engel aan Gideon luiden als volgt: ‘De HEERE zij met u, strijdbare held!’ Gideon reageert met zekere ironie. ‘Als de HEERE met ons is, waarom gebeurt dit alles met ons? En waar zijn al Zijn geweldige daden die de vaderen hebben verteld aan ons, hoe de HEERE ons uit Egypte heeft geleid? Nu heeft de HEERE ons verlaten en ons in de hand van Midjan gegeven!’ Gideon lijkt hier ogenschijnlijk het middelste gedeelte van het verhaal te vergeten. Ja, God heeft hen uit Egypte geleid en ja, de Israëlieten zijn nu in handen van de Midjanieten gegeven – maar wat is er in die tussenliggende periode gebeurd? Israel heeft keer op keer gezondigd en is ongehoorzaam geweest aan het Verbond dat de HEERE met hen heeft gesloten. Dit vermeldt Gideon er niet bij. Het doet mij denken aan een houding waarbij mensen alleen maar de mooie dingen van God willen horen en hun eigen zonden verbloemen of niet noemen – en toch de vraag stellen waarom het er op het eerste gezicht niet op lijkt dat God met hen is.
Herken jij dit bij jezelf? Er gebeuren dingen in je leven en daardoor lijkt het alsof God je heeft verlaten. Je ervaart Zijn zegen niet meer, er woeden slechts stormen om je heen, de één na de ander. Het mooie van dit verhaal is dat de engel des Heeren zegt dat God wél met Gideon is. Het is dus uiterst gevaarlijk om in slechte tijden per definitie te stellen dat God niet meer naar je omziet. En het meest bemoedigende in deze geschiedenis is misschien ook wel het geduld en de genade die God telkens betoont. Kun jij het je voorstellen? God heeft, voor Hij Gideon roept, Israël bevrijdt door middel van vier Richters. Je zou denken, dat er een moment komt, waarop het volk het een keer leert – maar, nee hoor, de hele cyclus begint weer van voor af aan. En als we eerlijk zijn, zijn wij zelf ook maar trage leerlingen. Bij ons vlot het dikwijls ook niet zo. God legt hier een ongekend geduld en een ongekende genade aan de dag en dan moeten we ons ook nog eens realiseren, dat we met de geschiedenis van Gideon nog niet eens op de helft van het Bijbelboek zijn!

Gideon heeft zojuist zijn waarom-vraag gesteld. En dan zegt de HEERE iets heel opvallends: ‘Ga in uw kracht staan en verlos Israël uit de hand van Midjan: zend ik u niet?’ Hij geeft Gideon totaal geen antwoord op zijn vraag! Misschien heeft het er ook wel mee te maken dat Gideon moet leren dat piekeren en dit soort vragen stellen geen zin heeft, maar dat er alleen verandering mogelijk is als hij zelf actie onderneemt. Ook hierin is Gideon niets menselijks vreemd. Het lijkt nogal bot over te komen, alsof er geen enkele ruimte bestaat voor het uiten van je twijfels of worstelingen. Aan de andere kant klinkt er ook genade door in het antwoord van HEERE. Juist omdát Gideon wordt geroepen om Israël te bevrijden van de Midjanieten, toont God dat Hij Zich reeds bekommert om Zijn volk.

Ben ik geschikt?
Vervolgens ontstaat bij Gideon nieuwe twijfel. God heeft reeds laten zien dat Hij Zijn volk heeft gehoord en dat Hij het wil bevrijden. Alles goed en wel, denkt Gideon, maar waarom zou God mij roepen voor deze taak? Hij behoort immers tot het armste geslacht van Manasse en is bovendien de minste in het huis van zijn vader. Wat moet God toch met hem?
Hier zie je prachtig hoe God te werk gaat in mensenlevens. Het zijn niet de hoogdravers die Hij kiest. Het zijn de personen waarvan anderen (en ook zijzelf) zich afvragen wat men toch met hen aanmoet. Het zijn de mensen die je op het eerste gezicht niet zou verwachten in die rol. Het zijn niet de edele lieden die je even komen vertellen hoe de zaken geregeld moeten worden. Het zijn de nederigen van hart, die niets te bieden hebben om Gods gunst te verkrijgen. De HEERE wijst ook niet op Gideon’s eigen kracht, maar hij verzekert hem: ‘Ik ben met je.’ Ik ben met je. God is met Gideon. Wie kan hem dan overweldigen? Gideon had moeite te accepteren dat God hem riep en heeft herhaaldelijk om een teken gevraagd ter bevestiging dat het echt de HEERE is Die tot hem spreekt. De laatste keer dat hij dit doet, in hoofdstuk 6 vers 39, lijkt hij zich ergens te beseffen dat hij wel erg ver gaat in doordrammen naar het zoeken van bevestiging, maar vraagt desondanks aan God of Hij Zijn toorn niet tegen hem wil ontbranden. Ik denk dat we niet te snel moeten zeggen dat Gideon hier ongeloof laat zien, ondanks dat hij herhaaldelijk om een teken vraagt. Ongetwijfeld zullen anderen zich hierin kunnen herkennen. God spreekt persoonlijk tot je, maar elke keer komt weer die twijfel op: stel dat het niet God is die heeft gesproken? Beeld ik mij niet iets in? Ik denk niet dat Gideon geheel uit ongeloof bevestiging zoekt, al is zijn houding natuurlijk ook niet het meest uitmuntende voorbeeld van geloof. Gideon vraagt tenminste nog: ‘Ik wil zeker weten of U Israël zal redden door mijn hand, zoals Gij gezegd hebt’ (vers 36). Wat we lezen van Gideon is dat hij nadrukkelijk en voor de volle honderd procent zekerheid wil hebben over de vraag of God werkelijk hem roept. Ook veelzeggend is mijns inziens de houding van God. Hij wordt niet boos op Gideon en vraagt ook niet verontwaardigd waarom een enkele keer spreken of een enkel teken voor hem niet genoeg is. Alle keren dat Gideon God om een teken vraagt, geeft God het. Het laat zien dat we niet over één nacht ijs moeten gaan in het maken en nemen van beslissingen, omdat we denken dat God tot ons gesproken heeft. Het kán wel, maar er kan ook misbruik van gemaakt worden. Mensen die op je afkomen en zeggen dat ze namens de Heer mogen vertellen dat Hij jou op een bepaalde plek wil hebben of met welke personen. We kunnen wel heel gemakkelijk roepen dat Gideon ongelovig bezig was, maar hebben wij onszelf wel eens afgevraagd hoe lang God heeft moeten wachten tot wij met een reactie kwamen of dat wij überhaupt hebben gevraagd of Hij tot ons gesproken heeft? In de praktijk merk je gewoon dat het veel lastiger is dan wanneer je verhalen op papier leest. Hoe zou ik mij voelen als God mij zou roepen om naar een land als Cambodja te gaan? Misschien reageer ik dan wel als Jona. Of ik reageer zoals Gideon. 'Wilt U daadwerkelijk mij gebruiken?'
Het mooie aan het verhaal van Gideon is dat hij uiteindelijk de HEERE gehoorzaamt en de Israëlieten bevrijdt uit de handen van de Midjanieten, zoals God hem gezegd had.

Afrekenen met Baäl
God draagt Gideon eerst op om het altaar voor Baäl af te breken en de Asjerapaal om te hakken. Getrouw voert Gideon zijn opdracht uit en de volgende morgen zien mensen dat het altaar is gesloopt. Uit woede eisen ze dat degene die hier schuldig aan is, moet sterven. De vader van Gideon, Joas, reageert dan op een verbluffende wijze. Als Baäl een god is, zal hij er vast wel voor zorgen dat het slopen van zijn altaar niet ongestraft blijft, zo redeneert hij. Het is in elk tijd de klassieke vraag die ons voorgelegd wordt: willen wij de HEERE dienen, of iets anders? In Nederland is het niet anders. Als christen hoef je maar een enkel statement te maken, en de meerderheid van het volk valt over je heen. Dat is exact wat Gideon hier ondervindt en voor ons zal dit niet anders zijn. In hoeverre proberen wij nog om de altaren van Baäl stuk te slaan, ter wille van de gezondheid van de samenleving? Welke rol speelt de kerk hierin? Staat ze teveel langs de zijlijn, of is ze juist te confronterend of wereldvreemd? En wat betekent het dat Gideon niet onmiddellijk de strijd aan kan binden met de Midjanieten, maar dat hij allereerst het altaar aan gruzelementen moet slaan? God redt geen volk dat zich voor andere goden neerbuigt. De profetische boodschap van de kerk is niet anders. Overal om ons heen zien we afgodendiensten en de kerk lijkt haar stem verloren. Een vaak gehoord argument is dan: ‘Mensen laten zich tegenwoordig niet veel meer gezeggen. Men volgt niet meer klakkeloos autoriteiten.’ Dit is geen probleem van de laatste generaties. Dit is een probleem dat altijd al gespeeld heeft sinds de zondeval, alleen de mate waarin wij hiermee geconfronteerd worden, is inderdaad vrij uniek te noemen. Nooit eerder werden we overspoeld met eigenzinnige, schunnige en zelfverheerlijkende lieden als vandaag de dag (met dank aan televisie, internet en radio). Ze hebben inderdaad lak aan elk vorm van gezag. Elke generatie heeft zijn schandvlekken gekend, alleen in de ene maatschappij kon men het volk beter in het gareel houden dan in de andere. Zondaars laten zich echter nooit zomaar wat gezeggen. De kerk moet haar profetische plek in de samenleving weten en rekening houden met het feit dat mensen zich sowieso niet gemakkelijk conformeren aan het gezag. De kerk is in deze wereld geplaatst om mensen op te roepen hun zelfgemaakte altaren van Baäl te slopen en verzoening te zoeken met de ene ware God, door Jezus Christus, Zijn Zoon.

Vele vrouwen
Aan het eind van hoofdstuk 8 wordt melding gemaakt van het levenseinde van Gideon. Er staat dat hij maarliefst 71 kinderen heeft gekregen, want, zo lezen we, hij had vele vrouwen. Ook Gideon was dus blijkbaar niet bestand tegen imposante vrouwenverschijningen. Blijkbaar kon Gideon niet kiezen voor één vrouw. Leiders zijn altijd vatbaar voor de drie grootste verzoekingen die ze kunnen tegenkomen: geld, seks en macht. Als we dit zo lezen, vragen we ons af waar de nederige en ook onzekere Gideon uit hoofdstuk 6 is gebleven. Hij lijkt te zijn verworden tot een doorsnee koning met veel bijvrouwen. Er staat niet meer dan we kunnen lezen, dus heeft het geen zin om er allerlei speculatieve gedachtespinsels op los te laten. Maar andermaal wordt duidelijk dat deze materie gevoelig ligt en dat werkelijk niemand is gevrijwaard van dit gevaar. Ook Gideon, de man die vele malen God om een teken vroeg voor het antwoord op één en dezelfde vraag, kende deze gevoeligheid. In zijn leven zien we hoe duidelijk God tot hem spreekt, hem duidelijk roept, hem bijstaat in de strijd en hem laat zegevieren – en uiteindelijk sterft hij op hoge leeftijd met achter zich latende vele vrouwen en 71 kinderen. Zijn leven bewijst, dat een sterk en persoonlijk roepen van God en het ontvangen van Gods gunst geen enkele garantie geeft om bewaard te blijven voor deze zaken. Ook Gideon tuimelde erin. Desondanks noteert de schrijver van Hebreeën hem in de lijst met geloofshelden uit het Oude Testament (Hebreeën 11:32). Gideon is één van de velen die ons is voorgegaan en die op hoge leeftijd is ontvangen in eeuwige heerlijkheid.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.

Blogarchief