SalvationInGod

donderdag 31 maart 2016

"Sta op HEERE, verlos mij!"

In Psalm 3 schreeuwt David het uit tot God. God Die Zich lijkt te verbergen. God Die ogenschijnlijk het kwaad ongestoord zijn gang laat gaan. God Die de rechtvaardige in de steek lijkt te laten.

Maar David weet beter. Vlak voor hij het uitroept, beschrijft hij de zekerheid dat hij als rechtvaardige bij God geborgen is. Tijdens het lezen van deze Psalm ben ik stilgezet bij de spanning die David beschrijft. Welke spanning? De spanning tussen het “geborgen zijn in God” en het “smeken om verlossing.”

Dogmatische oppervlakkigheid
De westerse kerk en haar theologie, kent een oppervlakkigheid die deze spanning nauwelijks nog tastbaar lijkt te kunnen maken. Het lijkt er wel eens op dat verlossing volgens de westerse kerk betekent dat je het één keer uitschreeuwt tot God om gered te worden, om voor de rest van je leven onder de “gezegende en barmhartige leiding van de Heere te wandelen.” Immers, als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn (Romeinen 8:37-39)? Wij zijn in Christus, dus wie kan ons veroordelen (Romeinen 8:1)? Westerse christenen praten vaak over “Kiezen voor Jezus” en beschouwen dat als hét belangrijkste moment van het leven. Niet onterecht uiteraard (hoewel ik de bewoording ongelukkig vindt), want de dag dat je verlost wordt en rechtvaardig verklaard wordt door de Schepper van hemel en aarde – en dat geheel onverdiend en dankzij het volmaakte werk van Jezus Christus – is het begin van een geheel nieuw leven.
Het wordt echter gevaarlijk – en daar neigt de westerse kerk wél teveel naar – wanneer dit “keuzemoment” een pilaar wordt om maar tegen aan te blijven leunen, zonder dat het verdere leven erdoor gedragen wordt.

Zeurmentaliteit
De kerk heeft tijden een belangrijke positie ingenomen in de westerse maatschappij. Helaas – of juist niet? – moeten we constateren dat deze positie ernstig is verzwakt. De recente ontwikkelingen in Politiek Den Haag (en niet alleen daar) tonen aan dat de seculiere tijdgeest een einde wil maken aan de christelijke fundamenten van ons land. Maar wat moet de kerk dan doen? Wat is haar opdracht? Klagen? Zeuren? Huilen dat ze als “achterlijk” wordt weggezet door politieke partijen of andersdenkenden?
Wat deed David toen hij achtervolgd werd, nota bene door zijn bloedeigen zoon Absalom? Omringd door vele vijanden en dan… huilen? Zeuren waarom ze in hemelsnaam dit aan het doen zijn? Klagen dat ze hun energie aan andere dingen kunnen besteden? Nee. David zwijgt tegenover zijn tegenstanders. Hij gaat op de knieën. Hij roept het uit tot God.

Lauwheid
Kerk, waar zou je anders heen moeten? Niet naar Den Haag, niet naar Brussel, niet naar Rome, niet naar Washington. Maar naar je binnenkamer. Op de knieën. Niet proberen om de wereld met filosofische argumenten ervan te overtuigen dat ze het spoor volledig bijster is. Maar God aanroepen en smeken of Hij in Zijn genade een omwenteling wil schenken en een radicale breuk wil werken in onze generatie.
Kerk, hoe vaak bid je nog om verlossing? Ben je niet lauw geworden, omdat jouw keuze voor Jezus reeds gemaakt is? Ben je niet teveel bezig met je eigen belang en positie in de wereld? Ben je er niet van doordrongen wat het betekent toen Jezus zei dat je in de wereld verdrukking zult hebben (Johannes 16:33)? O, kerk, is het wellicht de genadige, soevereine voorzienigheid van God dat je ogenschijnlijk steeds meer in het nauw gedreven wordt? Kerk, is dit niet de uitgelezen kans en het perfecte tijdstip dat God aan de wereld bewijst hoe machtig Hij is en hoezeer Hij opkomt voor Zijn volk?
Weet je dan niet, kerk, dat je voortgaat van verlossing tot verlossing? Besef je niet meer dat elke dag een dag van verlossing is? Weet je nog wat het is om te wandelen met jouw God? O, kerk, welke zonden houd je vast? Zie je niet dat je hier dagelijkse verlossing voor nodig hebt? Ben je teveel gaan leunen op de welvaart die je om je heen aantreft? Zie je nog noodzaak tot het aanroepen van God? Zie je er niet naar uit dat Hij de ogenschijnlijke stilte verbreekt om Zijn gerechtigheid te bewijzen aan allen die Hem liefhebben en Zijn rechtvaardige oordeel te brengen over allen die Hem haten?

Het begint bij mij
Ik ben een christen in het Westen en ik zie hoezeer ik besmet ben met deze lauwheid. Dus laten we de zaken niet mooier voorstellen dan ze zijn. De roep om verlossing klinkt vandaag binnen de kerk zo weinig. Maar in mijn leven is die roep eveneens weinig te horen. Wat doe ik, wanneer ik boosheid, wantrouwen, angst, zelfmedelijden, lust, luiheid opmerk? Wat doe ik, wanneer ik mijn eigen rechten wil claimen? Dit zijn de dingen die mij bedreigen. En het gevaar komt van binnenuit. Zou ik dan niet tot God gaan, Die de macht heeft om mij hiervan te verlossen – elke keer opnieuw? Juist hier wordt Zijn verlossingswerk duidelijk en zichtbaar, ook voor de wereld. Het wordt tijd dat ik en de westerse kerk stoppen met het zeuren over alles wat afgenomen dreigt te worden en in volle vrijmoedigheid tot God gaan smeken om verlossing te schenken, voor de eer van Zijn Naam. Durven we van Gods trouw en goedheid te getuigen, durven we daarop te hopen, ook al zien we geen zichtbare zegeningen?

Laat mij en de kerk uitzien naar Gods werk van deze dag, de beleving van Zijn verlossing - hetzij door geloof, hetzij door aanschouwen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.

Blogarchief