Kinderkens, het is de laatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat de antichrist komt, [zo] zijn ook nu vele antichristen geworden; waaruit wij kennen, dat het de laatste ure is.
Zij zijn uit ons uitgegaan, maar zij waren uit ons niet; want indien zij uit ons geweest waren, zo zouden zij met ons gebleven zijn; maar [dit is geschied], opdat zij zouden openbaar worden, dat zij niet allen uit ons zijn. Doch gij hebt de zalving van den Heilige, en gij weet alle dingen. Ik heb u niet geschreven, omdat gij de waarheid niet weet, maar omdat gij die weet, en omdat geen leugen uit de waarheid is. Wie is de leugenaar, dan die loochent, dat Jezus is de Christus? Deze is de antichrist, die den Vader en den Zoon loochent. Een iegelijk, die den Zoon loochent, heeft ook den Vader niet. Hetgeen gijlieden dan van den beginne gehoord hebt, dat blijve in u. Indien in u blijft, wat gij van den beginne gehoord hebt, zo zult gij ook in den Zoon en in den Vader blijven. En dit is de belofte, die Hij ons beloofd heeft, [namelijk] het eeuwige leven. Dit heb ik u geschreven van degenen, die u verleiden.
En de zalving, die gijlieden van Hem ontvangen hebt, blijft in u, en gij hebt niet van node, dat iemand u lere; maar gelijk dezelfde zalving u leert van alle dingen, [zo] is zij ook waarachtig, en is geen leugen; en gelijk zij u geleerd heeft, [zo] zult gij in Hem blijven.
En nu, kinderkens, blijft in Hem; opdat, wanneer Hij zal geopenbaard zijn, wij vrijmoedigheid hebben, en wij van Hem niet beschaamd gemaakt worden in Zijn toekomst.
Indien gij weet, dat Hij rechtvaardig is, zo weet gij, dat een iegelijk, die de rechtvaardigheid doet, uit Hem geboren is.
1 Johannes 2:18-29
Wanneer we dit Schriftgedeelte bestuderen, zien we dat Johannes een onderscheid maakt tussen de kinderen Gods en de kinderen des duivels. Hij begint met de waarschuwing dat dit ‘het laatste ure’ is en dat de antichrist komen zal. Hier zit een direct verband tussen. Let op dat Johannes zijn doelgroep erop wijst dat er ook ‘vele antichristussen’ (meervoud!) zijn uitgegaan. Wat een opmerkelijke bijkomstigheid is, betreft vers 19: ‘Zij zijn uit ons uitgegaan, maar zij waren uit ons niet.’ Hier is een waarschuwing op zijn plaats, voor alle kerken in alle tijden. Johannes beschrijft dat antichristussen zich in de kerkgemeenschap kunnen bevinden. Zij ontkennen dat Jezus de Christus is, de Verlosser, Die door God gezonden is. Zij erkennen Christus niet zoals het Woord van God Hem heeft geopenbaard; zij erkennen de Messias niet zoals de apostelen Hem hebben verkondigd.
Na deze waarschuwing voor de Christusloochenaars in het midden van de gelovigen, bemoedigt Johannes hen. En wat voor bemoediging treffen wij hier aan! ‘Indien in u blijft, wat gij van den beginne gehoord hebt, zo zult gij ook in den Zoon en in den Vader blijven.’ Gelovige, laat niets en niemand de boodschap van Jezus Christus, Zijn Evangelie, u ontnemen. Houd vast aan wat u hebt ontvangen. Vertrouw op het volbrachte werk van Christus, tot vergeving van zonden, en tot het heil dat spoedig geopenbaard zal worden. Let op de parallel die hieruit getrokken kan worden met Openbaring 3:11, waar Christus tot de gemeente van Filadelfia spreekt: ‘Zie, Ik kom haastiglijk; houd dat gij hebt, opdat niemand uw kroon neme.’ Blijf bij het nieuws over en van Christus. Wees net als Paulus, die zich voorgenomen had over niets anders te spreken tot andere mensen dan ‘Christus, en Die gekruisigd’ (1 Korintiërs 2:2). Als wij in Christus blijven, zullen wij niet beschaamd staan, wanneer Hij wederkomen zal, om het heil te brengen en om te oordelen de levenden en doden.
Tot slot aandacht voor vers 25. Een belofte om te koesteren: ‘Dit is de belofte, die Hij ons beloofd heeft: het eeuwige leven.’ Over dit eeuwige leven bestaan soms abstracte omschrijvingen, maar de Bijbel openbaart ons helder wat dit inhoudt. Het hogepriesterlijk gebed van Christus laat ons weten dat het eeuwige leven is ‘dat zij [de kinderen Gods] de Enige Waarachtige God kennen, en Jezus Christus, die Hij gezonden heeft.’ Wanneer u tot Christus bent gekomen, groei in de kennis van Hem en het uitzicht op de hemel is het meest zoete verlangen dat u zult koesteren. God zal er het Middelpunt zijn. Weet dat u Hem zult ontmoeten in al Zijn glorie, en dat de belofte, die Hij u gegeven heeft, niet zal worden teruggenomen. U zult met God leven. Blijf daarom bij wat u verkondigd is vanaf het begin: Jezus Christus, en Die gekruisigd!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.