SalvationInGod

donderdag 16 september 2010

Den overdenkingen des levens

Roer de uitverkiezing niet aan voordat Christus aan de mensen voorgesteld is.

Genesis 1, 2 en 3 zorgen voor de grootste vragen die de mensheid doorworstelt, zonder ook maar een glimp van een geheel deugdelijk antwoord te krijgen.

Er bestaat maar één waarachtig doel van ons bestaan. Wij kennen er twee. Eén is waar, de ander is vals. Genesis 11:1-9 verhaalt van de torenbouw van Babel, waarbij de mens een naam voor zichzelf wil maken. Sinds de zondeval menen wij dat het doel van ons bestaan niets meer en niets minder inhoudt, dan het maken van naam en faam. Het is om van te schrikken hoeveel zaken in deze gevallen wereld gangbaar zijn en geen werkelijkheid zouden zijn geworden als de zondeval nooit zou hebben plaatsgevonden. Wij zijn ten leven geschapen om Gods Naam te verheerlijken, nooit om onze eigen naam glans te geven. Dit is ons probleem. Wilt u weten waarom de wereld een puinhoop is, waar ongerechtigheid woont en de leugen regeert? Hierom! Het zal van kwaad tot erger worden. Geen politiek dossier kan ervoor zorgen dat de wereldproblematiek opgelost zal worden. De mens zal in moeten zien dat hij niet omwille van zichzelf hier op deze planeet is geplaatst, maar omwille van Hem Die het Leven Zelf ís. Wat deze wereld nodig heeft, zijn mensen die niets meer voor zichzelf willen nastreven en die hun naam uitsluitend willen verbinden aan die van Jezus Christus.

Voor de zondeval hadden Adam en Eva in de Hof van Eden geen besef van het verschil tussen goed en kwaad. Zij hadden kennis van God en dat was genoeg.

Veel mensen stellen de 'waarom-vraag' naar het lijden in de wereld, maar hoeveel mensen stellen de 'waarom-vraag' naar het lijden van Christus? (Mat. 27:46)

Ik zou mensen graag ertoe bewegen om het boek Job te lezen. De in Gods ogen vrome man lijdt verlies van bezit en wordt fysiek gekweld. God antwoordt Job, maar gaat niet in op de achtergrond van diens lijden. Ik ben ervan overtuigd dat God in Zijn antwoord laat zien: Ik ben dé IK BEN, Ik ben God; buiten Mij is geen ander. Job moet zijn hand voor de mond slaan en de antwoorden schuldig blijven. In de essentie komt hierop neer: met Zijn antwoord wil God aan Job tonen dat Hij God ís, dat er één Iemand is, Wiens raadsbesluit uitgevoerd zal worden, en om dat te erkennen. Dit is géén berustingstheologie, maar een waarlijk vertrouwen dat God over alles regeert.

Pieker niet over de vraag of Christus wel of niet voor JOU gestorven is. Als de Bijbel met klem gebiedt: 'Geloof in de Here Jezus Christus en gij zult zalig worden', gehoorzaam dan!

Christus is gekomen om een volk voor Zichzelf te verzamelen, dat God verheerlijkt; het was nooit Zijn intentie om een sociaal-maatschappelijk programma voor wereldvrede op te zetten.

Het wordt gevaarlijk als we de ratio en empirie betrouwbaarder achten dan Gods getuigenis.

Volhardende onwil zal altijd leiden tot onmacht. Structureel niet willen geloven zal leiden tot het niet kunnen geloven.

Ik zit niet te wachten op een Jezus in de rol van Boeddha; ik zit niet te wachten op een mediterende Jezus bovenop een berg; ik zit niet te wachten op een Jezus die Zichzelf probeert leeg te maken en Zich wil onthechten aan zaken die in dit leven aan Hem kleven; ik zit niet te wachten op een Jezus die op de mensen afstapt en zegt: 'Het is al goed met u'. Geef mij de Christus die God bekend heeft gemaakt, aan het kruis is gestorven voor de zonden der wereld en die radicale bekering en navolging vraagt, dan zal ik met vreugde en vertrouwen door de poorten van het Nieuwe Jeruzalem gaan!

'Ik weet niet of Jezus de Zoon van God is...' Ga uw binnenkamer in, lees de Schriften, bid, maak aantekeningen, doordenk, doorleef en pak de deurklink niet eerder vast dan het moment dat God door Zijn Heilige Geest uw twijfel heeft weggenomen!

Mensen zijn meesters in het creëren van afgoden; daarmee verlagen zij zich. Ze buigen voor zelfgemaakt goud en zilver. Onze generatie buigt zich neder voor de economie. We hebben het beeld groter gemaakt, opgepoetst, aangekleed, vormgegeven en uiteindelijk op een levensgroot sokkel geplaatst, waarvan hij nu dreigt te vallen en schade zal lijden. Alles wat de mens nu doet, is het krampachtig proberen het beeld overeind te houden en te kijken welke mogelijkheden er zijn om het systeem draaiende te houden. Kijk goed: als het met de afgod slecht gaat en niet meer op kan brengen wat de mens van hem verlangt, gaat het eveneens slecht met de hen die zich daar honderd procent afhankelijk van hebben gemaakt.

Wie in zonde geboren is, zal eenmaal sterven; wie in zonde sterft zal voor eeuwig deel hebben aan de tweede dood.

De term 'christen' behoeft dringend een herdefiniëring op twee vlakken: de leerstellige en de praktische. Het is ronduit belachelijk te zeggen dat de christenen uit de eerste eeuw niet geloofden dat Jezus de Messias is. Iemand die dit niet gelooft - je kan hem veel titels toeschrijven, maar een christen is het zeker níet. En praktisch gezien is het onmogelijk dat iemand, die bewust in een levensstijl van zonde blijft leven, het etiket 'christen' opgedrukt krijgt. Je bent of een afgodendienaar, of een Godsdienaar, maar niet allebei.

Lees Jesaja 4 en zie de Christus voor u; Hij die bloedt om uw zonden te bedekken. Hij, die het gericht Gods over de zonde droeg; Hij die de zonde uitdelgt. Andere religies kunnen niet overweg met deze onvoorstelbare belofte van verlossing. Moslims zeggen dat Mohammed de 'grootste profeet' is. Mensenkinderen, hoort! Waarom spreken wij in de christelijke theologie van de moederbelofte bij het lezen van Genesis 3:14 en 15? Een profeet is niet genoeg, hoe groot hij ook kan zijn. Een profeet is niet in staat noch gemachtigd verlossing te bewerkstelligen. God wist het: de Messias móést komen, de Zaligmaker; Iemand, die bereid is de toorn over zonde te dragen en verzoening te brengen tussen God en de mens. Zie hier, de Christus, het heilige Lam Gods. Hij kocht met Zijn bloed ons eeuwig leven en daarom is niemand groter dan HIJ!

Het christelijk geloof is geen religie, maar een levensstijl die gegrond is op het geloof in Jezus Christus. Christen zijn betekent Christus volgen.

Het leven van de christen speelt zich af in het hier en nu, gericht op het dáár en dán. Wij leven in deze eeuw, de eeuw der vergankelijkheid, en zijn op weg naar het Nieuwe Jeruzalem, daar waar we eeuwig met Hem zullen zijn. Vergeet nooit dat deze eeuw de pelgrimstocht van de christen is. Heb altijd, bij alles wat u doet, bij alles wat u zegt, bij alles wat u denkt en bij alles wat u doormaakt, dat beeld voor ogen. Zie in een vergezicht het Koninkrijk Gods en aanschouw in het centrum Hem, uw Heer, Die u door alle omstandigheden, er veilig heen zal leiden.

Er is een verschil tussen het uitzien naar de dood en het uitzien naar Christus. Voor een christen is de dood geen vriend die omhelsd moet worden, maar een overwonnen vijand. Dankzij het werk van Jezus Christus op Golgotha is de dood voor de gelovige niet de deur naar de eeuwige duisternis, maar het moment dat hij Degene zal aanschouwen Die het eeuwige heil verworven heeft.

Ik geloof honderd procent in de absolute soevereiniteit van God. Er zullen vele worstelingen zijn met kwaad en lijden, maar het is kostbaar te weten dat de HEERE over alles heerst. Daarom koester ik het boek Openbaring. Alles wat plaatsvindt, gebeurt onder de regering en de macht van Gods eeuwige raadsbesluiten.

Er is een perfecte tijd voor het leven onder de zon. God stelt de grenzen; mijn geboortedag en mijn sterfdag. Alles wat de christen - vanaf de wedergeboorte - tussen deze twee momenten onderneemt, zal gericht zijn op Gods eer. Hoe zit dat dan met een goddeloos persoon? Wat met diens tijd van leven onder de zon? Het kan enkel bestempeld worden als een verspild leven.

Er zijn twee lijnen in de verlossing: Gods lijn en de lijn van een persoon. Enerzijds is daar de Christus, Die betaalt voor de zonden der gehele wereld - anderzijds is er het wonder van de wedergeboorte, waarbij de mens afstand doet van diens zonden en afgoden, om zich tot God te keren. Zo is ín Christus het heil tot stand gebracht, en wordt het heil in de persoon door de wedergeboorte uitgewerkt.

De mens zal nooit in staat zijn zelf volmaakte vrede, gerechtigheid en schoonheid op deze planeet te realiseren. Er rust een vloek op deze aardbodem - ze is door Gods bevel overgeleverd aan de vergankelijkheid. Het moet voor ons genoeg zijn te weten dat de Bijbel zegt dat het Nieuwe Jeruzalem zal nederdalen, bij God Zelf vandaan. Geen mensenhand is hiertoe in staat.

Rampspoed en onheil dragen altijd Gods roepstem in zich: 'Bekeert u, keert u weder tot Mij, anders zult gij evenzo vergaan!'

We mogen nooit de gedachte koesteren dat de zonde na het volbrachte heilswerk van Christus gemakkelijker benaderd kan worden. Gedenk dat de openbaring van Christus de meest verheven openbaring in de wereldgeschiedenis is geweest; wie tegen deze majestueuze heerlijkheid blijft zondigen, zal geen enkel excuus hebben.

Wat is het altijd toch weer vreemd om mensen een eigenaardige vorm van Bijbelgebruik te zien hanteren. Lezen ze een stuk over de beheersing van de tong, dan is die tekst voor ome Piet, bij de vermaning 'gaat heen en zondigt niet meer' denkt men aan tante Annette en wanneer Judas voorbijkomt, wordt al snel naar broer Karel gewezen. Aan welke eisen moet een Bijbeltekst voldoen om het op uzelf toe te kunnen passen?!

Verwacht God!

De beloning van het eeuwige leven is God Zelf.

God Zélf is ons Hoogste Goed.

Op de Oordeelsdag is de vraag niet of je in dit leven status hebt, maar of je de Zoon hebt.

Lees na Genesis 3 Openbaring 12.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.

Blogarchief