SalvationInGod

zondag 16 februari 2020

IJver zonder het juiste inzicht

Gerechtigheid die niet verlost

Het hart van het christelijk geloof heeft alles te maken met het begrip gerechtigheid. De mens is moreel verantwoordelijk voor zijn eigen handelen. Hij moet gerechtigheid bezitten om voor God te kunnen verschijnen, zonder veroordeeld te worden. God kan geen ongerechtigheid in Zijn tegenwoordigheid toestaan; Hij is volmaakt in Zijn heilige karakter. Deze waarheid is pijnlijk, beangstigend en bedreigend voor ons allemaal. Wij bezitten namelijk geen volmaakte gerechtigheid. Als wij voor God verschijnen in de staat waarin wij zijn geboren – onvolmaakt, opstandig, liefhebbers van het kwaad – dan zal Gods rechtvaardige oordeel ons eeuwige lot zijn.

Het najagen van gerechtigheid
Op het eerste gezicht lijkt dit een troosteloze boodschap – God vraagt iets van mij dat geen mens heeft! Hij eist volmaakte gerechtigheid, en ik kan het Hem niet aanbieden; niemand kan het Hem aanbieden.
Als het hierbij bleef, zou de Bijbelse boodschap inderdaad pessimistisch zijn. Maar de boodschap eindigt hier niet. De gerechtigheid die wij nodig hebben om voor God te kunnen verschijnen – en die we in onszelf niet hebben – is verkrijgbaar. We kunnen de gerechtigheid ontvangen om rechtvaardig voor God te verschijnen.
De cruciale vraag is natuurlijk: hoe verkrijg ik deze gerechtigheid? In Romeinen 9:30-31 schetst Paulus een paradoxaal contrast:

“Wat zullen wij dan zeggen? Dit: dat de heidenen, die geen gerechtigheid hebben nagejaagd, gerechtigheid verkregen hebben, gerechtigheid echter die uit het geloof is. Maar Israël, dat de wet van de gerechtigheid najaagde, is aan de wet van de gerechtigheid niet toegekomen.”

Wat is hier zo paradoxaal aan? Dit: het Verbondsvolk Israël, dat door God uit Egypte is bevrijd en onder leiding van Mozes en Jozua naar het beloofde land is geleid – het volk dat Gods “verbonden en de wetgevingen en de eredienst en de beloften” ontvangen heeft (Romeinen 9:4) – heeft geen gerechtigheid verkregen.
En de heidenen, mensen uit de volken waar God geen bijzondere verbondsrelatie mee heeft, hebben de gerechtigheid wel verkregen.
Wat is hier misgegaan? Paulus vervolgt zijn betoog in Romeinen 9:32:

“Waarom niet [waarom heeft Israël de gerechtigheid niet verkregen]? Omdat zij die niet uit het geloof zochten, maar als uit werken van de wet. Want zij hebben zich gestoten aan de steen des aanstoots, zoals geschreven staat: Zie, Ik leg in Sion een steen des aanstoots en een struikelblok. En: Ieder die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden.”

Paulus legt uit dat het volk Israël de wet heeft misbruikt als een ladder om op te klimmen naar Gods aanvaarding. Opvallend is dat Paulus over de heidenen schrijft dat zij de gerechtigheid niet hebben nagejaagd, maar dat Israël de wet van de gerechtigheid najaagde. Israël heeft de wet nagejaagd als middel om met de eigen verworven en onvolmaakte gerechtigheid voor God te verschijnen. De conclusie die Paulus in Romeinen 10:1-2 verbindt aan deze poging om rechtvaardig voor God te verschijnen, liegt er niet om:

“Broeders, de oprechte wens van mijn hart en mijn gebed tot God voor Israël is gericht op hun zaligheid. Want ik getuig van hen dat zij ijver voor God hebben, maar niet met het juiste inzicht.”

Israël is een buitengewoon bevoorrecht volk. God verkoos dit volk als eigendom voor Hemzelf. Hij heeft verbonden met hen gesloten; Hij heeft hen geleid uit het slavenhuis van Egypte. Hij is Zelf onder dit volk komen wonen als Mens – “de zaligheid is uit de Joden” (Johannes 4:22). En toch, toch hebben zij niet de gerechtigheid verkregen die nodig is om voor God te bestaan.

Geloof in Christus ontvangt de gerechtigheid van God
Paulus noemt de Israëlieten “ijverig, maar niet met het juiste inzicht.” Welk inzicht missen zij? Waarom verkrijgt een mens geen volmaakte gerechtigheid door de werken van de wet te doen? Het antwoord lezen we in Romeinen 10:3:

“Omdat zij immers de gerechtigheid van God niet kennen en een eigen gerechtigheid tot stand proberen te brengen, hebben zij zich niet aan de gerechtigheid van God onderworpen.”

Merk op dat Paulus hier de gerechtigheid van God tegenover de eigen gerechtigheid van de Israëlieten plaatst. Hij noemt de inspanning van mensen om met eigen gerechtigheid rechtvaardig voor God te kunnen verschijnen ijver zonder inzicht. Waarom? Omdat het een nutteloze poging is. Je kunt je volledig inspannen voor een totaal nutteloze zaak. Het heeft geen nut om eigen gerechtigheid te verwerven door de werken van de wet te doen. God vraagt niet om mijn gerechtigheid; Hij vraagt om Zijn gerechtigheid. Paulus schrijft dat Israël zich niet heeft onderworpen aan Gods gerechtigheid. Het is niet fout om jezelf in te spannen voor gerechtigheid, maar het is wel dodelijk als jij je hierbij niet onderwerpt aan Gods gerechtigheid. Welke gerechtigheid bedoelt Paulus hier? Lees Romeinen 10:4 maar:

“Want het einddoel van de wet is Christus, tot gerechtigheid voor ieder die gelooft.”

Jezelf onderwerpen aan Gods gerechtigheid betekent het opgeven van jouw inspanningen om met eigen gerechtigheid gerechtvaardigd te worden voor God. Je stopt met het doen van goede werken om door God aanvaard te worden. Het betekent dat je volledig vertrouwt op de gerechtigheid van God, die in Jezus Christus geopenbaard is. Christus leefde het volmaakte leven dat ik heb moeten leven en stierf de dood die ik had moeten sterven. Op het kruis van Golgotha zag God mijn zonde en mijn ongerechtigheid en legde dit alles op Zijn Zoon. Wanneer ik mij door het geloof in Christus onderwerp aan Gods gerechtigheid, ziet God de volmaakte gerechtigheid van Jezus in mij. Hier klopt het hart van het Evangelie!

Volhardend geloof: jezelf blijven onderwerpen aan de gerechtigheid van God
Het is nodig dat wij als christenen de kern van het Evangelie – Christus voor ons en niet mijn gerechtigheid, maar Zijn gerechtigheid – iedere dag voor ogen houden. Waarom? Omdat we anders net als de Israëlieten dreigen te worden – “ijverig, maar niet met het juiste inzicht.” De Bijbel is glashelder over de waarheid dat een mens niet gerechtvaardigd wordt door de werken van de wet, maar de Bijbel is net zo duidelijk over een geloof zonder goede werken – of, om in de termen van Romeinen 9:30-10:4 te blijven spreken: een geloof zonder werken van gerechtigheid – dat is dood (Jakobus 2:14-26).
Ik weet niet wat een dergelijke boodschap met jou doet, maar het kan zomaar zijn dat het je schrik aanjaagt en dat je gebukt gaat onder getob en onzekerheid over je eigen geloof: “Heb ik wel genoeg goede werken? En wanneer zijn goede werken goed? Kan ik op de Dag van het Oordeel wel met vrijmoedigheid voor Jezus Christus verschijnen? Zal ik op die Dag echt rechtvaardig bevonden worden?”
Ik ben ervan overtuigd dat het noodzakelijk is dat in de levens van Gods kinderen goede werken geopenbaard zullen worden op de Dag van Christus’ wederkomst. Ik ben echter huiverig voor de pastorale gevolgen als we de noodzakelijke aanwezigheid van goede werken gaan overbenadrukken, waardoor mensen geestelijk verkrampt raken. Dit zal waarschijnlijk leiden tot meer slechte dan goede werken.
Gods Kerk heeft deel gekregen aan de verlossing door zich te onderwerpen aan Zijn geopenbaarde gerechtigheid in Jezus Christus. En de Kerk zou haar bestaansrecht verliezen indien zij zich de gerechtigheid buiten Christus om zou gaan zoeken. Ook christenen dienen zich elke dag te onderwerpen aan de gerechtigheid van God, in Christus.

De Dag van het Oordeel openbaart het fundament
Misschien vraagt iemand nu: “Maar hoe zit het dan met de goede werken van gelovigen? We zijn toch geroepen om God te verheerlijken met goede werken?” Jazeker, dat zijn we. Het is echter van levensbelang om het principe van Gods oordeel bij Christus’ wederkomst te begrijpen. De Dag van het Oordeel zal openbaren of wij ons werkelijk hebben onderworpen aan de gerechtigheid van God. De cruciale vraag op de Dag van het Oordeel is deze: “Heb jij je onderworpen aan de gerechtigheid van God? Heb jij Christus door het geloof ontvangen als jouw volmaakte gerechtigheid?” Die vraag zal gesteld en beantwoord worden. Hoe gebeurt dit? Door te kijken naar de werken. De vraag naar het geloof zal worden beantwoord met de geopenbaarde werken. Waarom is dat? De London Baptist Confession of Faith uit 1689 plaatst de goede werken van gelovigen in het juiste perspectief. De eerste paragraaf rekent af met de “ijver zonder het juiste inzicht” waar Paulus over schrijft in Romeinen 10:2:

“Good works are only those works that God has commanded in his holy Word. Works that do not have this warrant are invented by people out of blind zeal or on a pretense of good intentions and are not truly good.”

In paragraaf 2 lezen we over het fundament van de goede werken:

“These good works, done in obedience to God’s commandments, are the fruit and evidence of a true and living faith. Through good works believers express their thankfulness, strengthen their assurance, build up their brothers and sisters, adorn the profession of the gospel, stop the mouths of opponents, and glorify God. Believers are God’s workmanship, created in Christ Jesus for good works, so that they bear fruit leading to holiness and have the outcome, eternal life.”

Goede werken komen voort uit een levend geloof. God zal op de Dag van het Oordeel openbaren of het geloof van belijdende christenen een levend geloof is geweest. Levend geloof wordt bewezen door goede werken.
De fout die we nu kunnen maken, is dat we met “ijver zonder inzicht” en op geforceerde wijze goede werken proberen te produceren. Immers, op de Oordeelsdag moeten deze goede werken te vinden zijn. Wie goede werken mee kan brengen op de Dag van het Oordeel, is safe. Toch?

Goede werken zijn als de zuivere klank van een muziekinstrument
Het beeld van goede werken als de vruchten aan een boom is een bekend beeld uit de Bijbel (Mattheüs 7:15-20). Misschien is het volgende voorbeeld verhelderend.
Als iemand jou zou vragen om een goed geluid van een akoestische gitaar te produceren, wat is daar dan voor nodig? Natuurlijk, een gitaar. Maar wat is ervoor nodig om een gitaar te maken? Hout voor de klankkast, mahonie of ceder voor de hals, snaren van nylon of metaal en stemknoppen om de snaren op de juiste spanning te brengen. Alle materialen moeten worden samengevoegd en de juiste spanning, lengte en dikte hebben om een goed gitaargeluid te kunnen produceren. Je zou kunnen zeggen: het juiste materiaal maakt de klank goed. Het fundament maakt de klank. Is het fundament onzuiver, dan is de klank onzuiver. Zo is het ook met goede werken. Als de bron van onze goede werken – denk terug aan de ijver zonder inzicht! – onzuiver is, zullen ze niet als goede werken geopenbaard worden bij Christus’ komst.
De Oordeelsdag zal openbaren of ons fundament juist is. Daarom is het belangrijk om oog te hebben voor de goede werken (want deze openbaren ons fundament), maar is het nóg belangrijker oog te hebben voor ons fundament (want zonder goed fundament geen verlossing). Als wij willen dat ons leven de zuivere en heerlijke klanken van het Evangelie laat klinken, dan dienen we onszelf te blijven onderwerpen aan de gerechtigheid van God en om ons te blijven voeden met Jezus Christus.

De Oordeelsdag: wereldwijde gerechtigheid tot eer van God
Het doel van de Oordeelsdag is dat het fundament van ons leven wordt geopenbaard. Het is een grote misvatting te denken dat de mens centraal staat op de Oordeelsdag. Nee – het Lam, Dat geslacht is, de Leeuw van Juda, Gods Zoon, de Heere Jezus Christus, zal op die Dag het stralende Middelpunt zijn. Zelfs de goede werken van Gods kinderen zullen getuigen van Christus. Daarom is de vraag op de Oordeelsdag niet: “Heb je goede werken?” De vraag is: “Op welk fundament zijn jouw werken gebouwd?”
Wanneer we denken aan de Dag van het Oordeel, moet ons hart sneller gaan kloppen vanwege gerechtigheid van God in Christus. Christenen mogen de leer van de rechtvaardiging door het geloof alleen nooit uit het oog verliezen. Ze moeten het blijven koesteren. Ze moeten het blijven verkondigen – ook aan zichzelf. Wie zichzelf niet wil onderwerpen aan de gerechtigheid van God, gaat voorbij aan Christus. Een miljoen goede werken buiten Christus om kunnen het verwerpen van de volmaakte gerechtigheid van Gods Zoon nooit compenseren. Wie dat doet, verwerpt Gods verlossende genade. Zo iemand kan nog zo ijverig zijn, maar doet dit zonder inzicht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.

Blogarchief