De essentie van geestelijk vaderschap
In het vorige deel van de serie over de eerste Johannesbrief hebben we gezien dat Johannes schrijft een bijzonder betrokken toon. Hij noemt de geadresseerden “mijn lieve kinderen.” Toen heb ik al kort vermeld dat Johannes zich hier sterk laat zien als geestelijke vader. En vanuit 1 Johannes 2:1-6 kunnen we een aantal kenmerken van een geestelijke vader aanwijzen. Deze kenmerken komen dus direct voort uit de context waarin Johannes zelf “mijn lieve kinderen” schrijft. In het gedeelte zijn minimaal zes kenmerken te ontdekken.
1. Een geestelijke vader waarschuwt tegen de zonde
Het eerste wat opvalt, is dat Johannes zijn geadresseerden niet direct over de bolletjes aait en strooit met allerlei prachtige complimenten. Integendeel, hij begint in het eerste vers van het tweede hoofdstuk met een opdracht: hij schrijft zijn brief, zodat zij niet zondigen. Dit is het eerste kenmerk van een geestelijke vader. Als een geestelijke vader communiceert, heeft hij over het algemeen één belangrijk doel. En dat doel wordt door Johannes in dit geval op negatieve wijze geformuleerd. Hij had ook kunnen schrijven: “Ik schrijf u deze dingen, opdat u gehoorzaam zult zijn aan Gods Woord.” Precies dezelfde betekenis, maar dan anders geformuleerd. Gehoorzamen en niet zondigen zijn in de kern één en dezelfde opdracht, maar het al dan niet ontbreken van het woordje “niet” geeft de doorslag om te kunnen bepalen of het een positief of negatief geformuleerde zin is. Johannes heeft ervoor gekozen om deze opdracht op negatieve wijze te formuleren.
Naast de constatering dat Johannes zijn doel negatief formuleert, moet een belangrijke vraag worden beantwoord: zijn er vandaag de dag ook mensen die waarschuwen tegen de zonde? Of, anders gesteld: zijn er vandaag de dag mensen die doelbewust met jou spreken en aanmoedigen niet te zondigen? Ken jij zulke mensen in jouw leven? Mensen die op een geestelijke manier betrokken zijn en die jou aanmoedigen om niet te zondigen? Om gehoorzaam te zijn aan het onderwijs van het Evangelie?
Ik vrees dat deze groep mensen vandaag de dag nogal klein is. Ze is er wel, maar je moet goed zoeken. De prioriteiten van de belijdende kerk zijn behoorlijk veranderd sinds de tijd van de apostelen, Reformatoren en Puriteinen. Hoe komt dit?
Er zijn meerdere redenen aan te wijzen. Als eerste hebben we in het Westen te maken met een sterk seculariserende cultuur. Het Nederlandse volk heeft nog maar weinig met God, geloof en Kerk. En om dit volk dan direct te confronteren met zonde, dat is voor sommige schijnchristenen doodzonde nummer één van de Kerk. Je kunt het volgens deze mensen niet maken de wereld met een – wat zij noemen – “wijzend, veroordelend vingertje” aan te spreken. Nee, zij weten het beter: begin over liefde. Zachte woorden, een zachte boodschap, geen confrontatie, geen duidelijke scheidslijn. Wat je overhoudt is een halfslachtig en lafhartig christendom dat zijn ziel heeft verkocht om de wereld tot vriend te maken, terwijl zij is geroepen om de wereld op te roepen de vijandschap met God te beëindigen. Weg is je boodschap, weg is je kracht en verloochend is je roeping.
Een andere reden is dat de belijdende kerk verkeerde prioriteiten stelt, die voortkomen uit verkeerde theologie. Christus heeft immers al afgerekend met de zonde, dus dat hoeven wij niet meer te doen. Nee, onze taak is om het Koninkrijk te prediken, en dat “met kracht door de Heilige Geest.” We hebben geen zondebesef nodig – want dat is zogenaamd relevant in de tijd vóór onze bekering – maar wonderen en tekenen. Het spectaculaire christendom. Het christendom van succes, genezing, het christendom dat alle bolwerken slecht en elke muur afbreekt.
Mensen in deze tijd lijken te vergeten dat de staat van geestelijke gezondheid niet is af te meten aan de hoeveelheid wonderen en tekenen die plaatsvinden, of de hoeveelheid bekeerlingen tijdens kerkdiensten. De echte geestelijke gezondheid is af te meten aan de houding ten aanzien van de zonde en gehoorzaamheid aan Gods Woord. Wij dreigen te vergeten dat een gevoelig geweten, gezond zondebesef, berouw over de zonde en het verlangen God gehoorzaam te willen zijn, méér vrucht voor God is dan massabekeringen tijdens een genezingsdienst, zonder dat er zondebesef bij komt kijken. Hoe weet je of iemand een geestelijke vader is? Het is degene die in jouw leven functioneert als medestrijder tegen de zonde. Hij gunt jou een leven in gehoorzaamheid aan Gods Woord. Hij gunt jou dat je het juk en de last van de zonde mag afleggen.
2. Een geestelijke vader wijst op Christus als Voorspraak
Een geestelijke vader is echter ook iemand die realistisch kan zijn. Want hoewel hij het jou ontzettend gunt om niet meer te zondigen, beseft hij ook heel goed dat je in dit gebroken leven nog steeds in staat bent om wél te zondigen. Sterker nog, hij weet dat het ook onvermijdelijk is dat je dit zult doen. En als dit gebeurt, weet hij waar hij je naartoe moet sturen: naar de Heere Jezus, Die de Verzoening voor al jouw zonden is. Een geestelijke vader is dus kennelijk iemand die geweldig evenwichtig is. Iemand die enerzijds aanmoedigt niet te zondigen, maar anderzijds ook in staat is om hoop te bieden en de weg van herstel te gaan als dit wel gebeurd is. Een geestelijke vader is in staat om zijn “lieve kinderen” te omhelzen, omarmen en te bemoedigen door te wijzen op Christus. Ja, hij omhelst iemand die net gezondigd heeft; ja, hij omarmt iemand die ongehoorzaam is geweest aan Gods Woord – maar hij omhelst en omarmd iemand waarvan hij weet dat Jezus Christus deze gerechtvaardigde zondaar met Zijn bloed heeft verzoend en dat nu, op dit moment vergeving en reiniging ontvangen kan worden.
3. Een geestelijke vader wijst op kenmerken van geloofszekerheid
Hier komen we op een terrein waar de Puriteinen zo ontzettend sterk in waren: geestelijke kenmerken kunnen noemen om aan te wijzen of iemand werkelijk door Christus met God is verzoend of niet. Sommige Puriteinen gingen hierin ook wel te ver, zodat het een haast ziekelijk introspectieve houding werd, met depressieve stemmingen tot gevolg. Maar dit neemt niet weg dat geestelijke vaders ook in staat zijn hun “lieve kinderen” te bemoedigen door kenmerken van Gods genade te benoemen. Dit is in onze tijd een vergeten eigenschap van geestelijke leiders. En buiten het feit dat het gezond is om eens in de zoveel tijd de levens van christenen tegen het licht van Gods Woord te houden – om te zien of zij écht wedergeboren zijn – is het ook nog eens een prachtige gelegenheid om God te roemen en prijzen voor Zijn genade in het leven van die ander. Hoe vaak hoor jij iemand persoonlijk tot jou zeggen: “Ik wil tegen je zeggen dat ik Gods werk in jouw leven zie, en dit zijn de kenmerken.” We bewijzen elkaar een geweldige dienst als we dit vaker zouden doen. Maar we doen het bar weinig. Want we zijn in het tijdperk terechtgekomen dat een ander niet meer hoeft te vertellen wat de kenmerken van wedergeboorte zijn. We kunnen zelf onze Bijbel heel goed lezen (denken we) en niemand hoeft ons te helpen bij het bepalen van onze geestelijke staat. Bovendien hebben we onszelf al tot wedergeboren christenen verklaard. Het is een uitgemaakte zaak. En wat Jan, Klaas of Piet ervan vindt, doet er niet toe. Christus heeft mij verzoend. Dat mag ik geloven. Punt. Einde discussie.
Een geestelijke vader is iemand die hier geen punt zet, maar een komma. Johannes zet veel komma’s in zijn brief. En in de eerste twee hoofdstukken zien we hem er minimaal twee zetten: het wegdoen van de zonde en het gehoorzamen van Gods geboden.
Sommige mensen beschuldigen calvinisten ervan dat zij te introspectief zijn, teveel “naar binnen kijken” voor geloofszekerheid. In het hypercalvinisme kom je inderdaad een ongezonde vorm van zelfbeproeving tegen, maar in de basis is het absoluut niet verkeerd om jouw leven onder de loep te nemen om te zien of Gods genade zichtbaar is. Meestal komen deze beschuldigingen van mensen die zelf voortdurend hameren op de objectieve kant van geloofszekerheid (“Je bent behouden, als je maar in Jezus gelooft”). Maar de Bijbel zelf is duidelijk dat geloofszekerheid wordt vormgegeven door de beloften van God in Zijn Woord, op grond van het verlossingswerk van Jezus Christus, én het werk van God door Zijn Woord en Geest.
4. Een geestelijke vader kent en benoemt het radicale verschil tussen een christen en niet-gelovige
Johannes schaamt zich er niet voor de mogelijkheid te opperen dat iemand wellicht niet wedergeboren zou kunnen zijn. Sterker nog, hij maakt een geestelijke som die ronduit stelt: “Als A waar is, ben je wedergeboren; als B waar is, dan ben je niet wedergeboren.” Dat is nog eens duidelijke taal! Je kunt alleen maar aanwijzen wat echt en wat namaak is, als je de kenmerken ervan weet te benoemen.
Opnieuw menen sommigen dat dit alleen maar belemmerend werkt en een negatief effect heeft op de geloofszekerheid van mensen. Maar een geestelijke vader zal zijn bemoediging niet onthouden aan iemand waarvan hij ziet dat de kenmerken van Gods genade in diens leven aanwezig zijn. En dit kan voor mensen echt het verschil maken. Ik zeg niet dat we te pas en te onpas iedereen moeten aanspreken en direct moeten bemoedigen met de woorden: “Wat geweldig om te weten dat jij ook een kind van God bent!” Het moet geen formule worden. Maar ik zeg wel dat er mensen zijn die tobben en worstelen met de geloofszekerheid en die vaak twijfelen over hun geestelijke staat. Dan is het een bevrijding als er iemand is die hen, op grond van wat hij of zij in het leven van die ander ziet, oprecht kan zeggen: “God is Zijn goede werk in jouw begonnen.”
Maar wat voor nut heeft het als we iemand confronteren met het feit dat hij of zij waarschijnlijk niet wedergeboren is? Het nut is dat je zo iemand in alle ernst moet aansporen naar Christus te gaan en de weg naar verlossing kan wijzen. Wat voor winst is het als we géén kenmerken van wedergeboorte in iemands leven kunnen vinden, maar hen tóch wijsmaken dat zij verzoend zijn met God door Jezus Christus? Wat voor nut heeft het om zo iemand te bevestigen in het feit dat hij of zij zogenaamd is wedergeboren, terwijl bij het oordeel blijkt dat dit niet zo is – en dan ook nog eens met de wetenschap dat wij aan de kenmerken van de levenswandel hebben kunnen zien dat deze veroordeling eraan zat te komen? Een geestelijke vader erkent de realiteit van dit gevaar en zoekt naar mogelijkheden om zijn “lieve kinderen” altijd weer op Christus te wijzen.
5. Een geestelijke vader wijst voortdurend op Gods Woord
Een ander belangrijk aspect van Johannes’ manier van schrijven is dat hij alles voortdurend baseert op het onderwijs van Gods Woord. Een geestelijke vader is daarom allereerst ook iemand die de Bijbel kent én die weet hoe hij de Bijbel moet toepassen. Met geestelijk inzicht weet hij steeds weer zijn “lieve kinderen” te wijzen op het onderwijs van Gods Woord en hij is steeds in staat principes uit die Woord door te trekken naar het leven van alledag.
Het is zo ontzettend belangrijk dat iedere christelijke gemeente een aantal geestelijke vaders heeft, die de volgende generatie gelovigen op sleeptouw kan nemen, hen kan onderwijzen in Gods Woord, die weet hebben van wat er speelt in de cultuur van vandaag, die weten wat er momenteel plaatsvindt in jeugdgroepen en die steeds vanuit de Bijbel antwoorden kunnen geven op acute hulpvragen.
Eén van de redenen waarom “internetpredikers” – voorgangers die veel kijkers trekken op YouTube en veelbeluisterd zijn op SermonAudio – vandaag de dag zo populair zijn, zou wel eens te maken kunnen hebben met het gebrek aan deze geestelijke vaders in lokale kerkelijke gemeenten. Ja, er zijn leiders. Uiteraard. Geen kerkelijke gemeente zonder leiders. Maar een kerkelijk leider betekent niet per definitie dat zo iemand ook een geestelijke vader is. Ga het maar eens na voor jezelf: ken jij op dit moment iemand uit jouw kerkelijke gemeente die de rol van geestelijke vader vervult? Wellicht ben jijzelf zo iemand. Ken of ben jij iemand die anderen kan meenemen naar Gods Woord en op een diepgaande en eenvoudige manier de principes ervan kan overbrengen? Het gebrek aan zulke mensen resulteert erin dat gelovigen mensen gaan zoeken – hoogstwaarschijnlijk ook buiten de gemeente om – die deze rol vervullen. En dit is ook logisch. Geestelijke vaders zijn geen mooie bonus, maar fundamentele noodzaak. De Kerk van Jezus Christus heeft nooit, echt nooit een tijd gekend wanneer zij geen geestelijke vaders heeft gehad.
6. Een geestelijke vader handelt vanuit Gods volmaakte liefde
Het laatste kenmerk dat Johannes in 1 Johannes 2:1-6 noemt, is het handelen vanuit Gods volmaakte liefde. Dit herleid ik uit vers 5-6. Het betekent dat een geestelijke vader in staat is om door Gods Geest – waardoor Gods liefde voor Christus in zijn hart is gekomen – de ander lief te hebben met de gezindheid van Christus. Met andere woorden: in alle aspecten kent de geestelijke vader de liefde voor Christus, die tot uiting komt in het weerspiegelen en uitstralen van de gezindheid van Christus. En de aanwezigheid van die gezindheid merk je. Het is een aangename, geduldige, barmhartige, genadige, nederige, rechtvaardige en zachtmoedige gezindheid. Het is een gezindheid die de waarheid in ere houdt en deze kan overbrengen zoals Christus dit deed. Soms op bijzonder vertroostende wijze, op andere momenten scherp. Maar met het geestelijke inzicht dat een geestelijke vader bezit, weet hij heel goed welke toon hij aan moet slaan.
In Johannes hebben we een prachtig voorbeeld. Vol ontferming, en toch scherp. Omdat hij weet dat de waarheid van Gods Woord én de geestelijke gezondheid van Gods kudde op het spel staat.
Bid dat God geeft dat jij zo’n geestelijke vader in jouw leven mag hebben – en vraag Hem of jij er zelf één mag worden voor anderen.
Dank!
BeantwoordenVerwijderen