“Dit is de reden waarom er zo veel belijders en zo weinig christenen zijn: velen doen mee en weinigen verkrijgen; velen komen in het slagveld tegen satan, weinigen komen eruit als overwinnaars. Want iedereen verlangt ernaar gelukkig te zijn, maar weinigen hebben de moed en het voornemen om te worstelen met de moeilijkheden die zij op de weg naar geluk tegenkomen.” – William Gurnall, The Christian in Complete Armour [Eigen vertaling]
De christelijke kerk bevindt zich in een verwarrende tijd. Ze heeft ogenschijnlijk aan kracht en invloed verloren, we horen van een afname van gelovigen en een toename van mensen die zich atheïst noemen. Christelijke waarden staan onder druk door het beleid van overheden, gestimuleerd door verschillende belangenverenigingen. Dat wat vijftig jaar geleden zo vanzelfsprekend was (of leek te zijn), staat vandaag op losse schroeven.
Wat is er aan de hand?
Babylon is opgekomen. Europa – en eigenlijk de hele Westerse wereld – is bedwelmd met “haar wijn die verlangt naar hoererij” (Openbaring 14:8).
Het is niet nieuw
Wat ik er direct bij moet vermelden, is dat de geest van Babylon niet nieuw is. Haar invloed is niet nieuw. Maar overal waar ze heerst, wordt ze gekenmerkt door één ding: decadentie. Decadentie is een staat van maatschappelijke schizofrenie: enerzijds heerst er een staat van luxe en tegelijkertijd is er sprake van verval. Het is de maatschappij die zichzelf kapot maakt door zichzelf te verrijken.
Wij, de inwoners van Nederland, deel uitmakend van dat welvarende Westen, zijn hier getuige van. In materieel opzicht ontbreekt het ons aan niets, maar we zien het ook gebeuren dat deze welvaart voor een geestelijk en moreel verval zorgt. Dit is uiteindelijk de ondergang van het Romeinse Rijk geweest.
Welvaart heeft een bedwelmende macht. Ze prikt gewetens dood. Ze pronkt met het geld en verbergt de schuld. Ze wijst op het plezier en het grote feest, maar zwijgt over de eeuwige ramp. Macht wordt niet gegeven, macht wordt gekocht. Wie in een maatschappij van luxe leeft, bevindt zich in de sferen van corruptie. Daar waar de materiële rijkdom voor het oprapen ligt, wordt de strijd tegen de zonde gestaakt. Mark these words.
Veel kerkgangers zijn bedwelmd
Toen ik de bovenstaande woorden van William Gurnall las, moest ik denken aan Babylon. Decadentie is de geest van Babylon.
Veel kerkgangers hebben geen idee wat zich op het geestelijke terrein afspeelt. Ze missen het geestelijke inzicht om Babylon te kunnen herkennen, laat staan dat ze in staat zijn haar te ontmaskeren. En dat is gevaarlijk. Want door deze ongewapende, naïeve, onwetende kerkgangers wordt de geest van Babylon de belijdende kerk op handen binnengedragen.
Hoe gaat dit precies in zijn werk? Kijk goed om je heen. Let op de thema’s die spelen. Luister naar de geluiden in de maatschappij. Eén van de meest beladen onderwerpen in onze tijd is de acceptatie van homoseksualiteit. En eigenlijk is de agenda al veel breder: we moeten zo ongeveer álle vormen van seksualiteit maar accepteren. Dit is het streven van het COC. En dat wordt via politieke agendering afgedwongen. Is dit erg?
Het is op zijn minst hypocriet. Het laat zien hoe ongelofelijk hypocriet de seculiere clubs te werk gaan. In tijden van verkiezingen wordt de acceptatie van homoseksualiteit bewust onder de aangebracht. Maar o wee – o wee! – als een organisatie (in dit geval Siriz) een zwangere vrouw durft te wijzen op het feit dat een abortus niet de enige optie is. Dan moet onmiddellijk de subsidiekraan dichtgedraaid worden. Daar gaat je gelijkheidsideaal. Opnieuw: de seculiere groeperingen helpen zélf het gelijkheidsideaal om zeep door de zogenaamde “verstikkende ideeën” van andersdenkenden de nek om te draaien. Het gaat hen ten diepste helemaal niet om gelijkheid, het gaat om invloed en dominantie. De zaak omtrent Siriz bewijst dit.
“Ik ben het vechten zat…”
Deze seculiere ontwikkelingen zouden we het liefst buiten de deur willen houden. Toch zien we dat belijdende christenen en kerken zwichten voor de druk die vanuit deze Babylonische geest wordt uitgeoefend. Wie als christen deze druk voelt, hoort alarmbellen rinkelen. Want als de seculiere invloeden, door toedoen van de Babylonische geest, probeert om de Kerk van Jezus Christus te infiltreren en het gezag van de Koning van het heelal te ondermijnen – en laat ik hier heel duidelijk over zijn: Babylon is uit op de vernietiging van Christus’ Koninklijke heerschappij – dan zijn we gewaarschuwd.
Hoe wint Babylon aan invloed binnen de kerk? Ze gaat te werk op een manier die het beste omschreven kan worden als politiek correct gedram. Ze oogt vriendelijk en agressief tegelijk. Dat klinkt verwarrend, maar is het niet. Babylon dramt. En dat niet één keer. Niet twee keer. Niet drie keer. Maar net zolang tot ze haar zin heeft.
Haar doel is normatieve beïnvloeding. Ze propageert altijd het abnormale, totdat het de norm is geworden. Dit is wat er is gebeurd met homoseksualiteit.
Het feit dat kerken worstelen met deze thematiek, zegt niet alleen iets over het gedram van seculiere organisaties. Het zegt ook iets over de kerk. Ze verkeert ogenschijnlijk in een identiteitscrisis. Ik denk niet dat hier slechts sprake is van een identiteitscrisis, maar dat er nog een veel diepere oorzaak is: de belijdende kerk heeft een loyaliteitscrisis. Ze weet niet meer aan wie zij loyaal moet, kan of wil zijn. En dat geeft ernstig te denken.
Er zijn mensen, belijdende christenen, die toegeven aan de zondige begeerten. De reden? “Ik ben het gevecht zat. Ik voel nu eenmaal deze behoefte en ik kan mij er niet langer tegen verzetten. En ik denk dat God mij wel begrijpt. Het is een hele worsteling geweest, maar uiteindelijk ben ik ervan overtuigd dat ik deze weg met God kan gaan. Ik geloof dat Hij mij deze ruimte geeft en dat dit ook binnen zijn plan past.”
Deze houding bepaalt mij opnieuw bij de woorden van Gurnall. Deze mensen staken de strijd. Ze zoeken geluk. Maar ze ontmoeten satanische blokkades op de weg ernaartoe. En in plaats van de strijd aan te gaan met deze leugenaar en moordenaar, capituleren zij. Ze worden bedwelmd door Babylon. Ze zijn niet bestand tegen de macht van de zonde. En dat doet het ergste vermoeden. Opnieuw laat ik Gurnall spreken:
“Zeg niet dat je koninklijk bloed in je aderen hebt stromen en dat je uit God geboren bent, tenzij je jouw afkomst kunt bewijzen door de heldhaftige geest die heilig wil zijn – ondanks mensen en duivels.” – The Christian in Complete Armour [Eigen vertaling]
De Heere Jezus draagt zijn kinderen op om heilig te zijn; Babylon verkondigt de boodschap dat mensen zichzelf moeten zijn. Tegen deze geest hebben christenen altijd en overal moeten vechten. Dit gevecht is niet nieuw. Wat wél anders of nieuw is in onze tijd, is dat de politiek en media op absurde wijze de kant kiest voor de seculiere kant van het verhaal. Hierdoor kunnen de kwetsbare mensen gemakkelijk meegesleurd worden en uiteindelijk ten val komen.
Gelukkig, want ik ben geheiligd
Ik ben mij ervan bewust dat christenen kunnen worstelen met homoseksualiteit. Deze mensen wil ik niet afschrijven. Maar ik wil wel het eerlijke, Bijbelse getuigenis laten spreken. En dat getuigenis luidt dat degenen die volharden in homoseksuele betrekkingen het Koninkrijk van God niet zullen binnengaan (1 Korinthe 6:9-10). Geloof ik dan dat iedereen die hiermee worstelt verloren gaat? Nee, dat geloof ik niet. Er zullen mensen in de eeuwigheid bij God zijn, die hiermee hebben geworsteld. Ze zullen er zijn – en prijs God hiervoor! Gods Koninkrijk bestaat uit mensen die allemaal hebben gezondigd. Ik heb ook gezondigd. Dat is de eerste overeenkomst tussen de heiligen in Christus. De andere overeenkomst is dat zij daar door strijd en overwinning zullen komen. En hier zit de crux. Ik geloof niet in de mentaliteit die zegt: “Ik ben het vechten zat, ik geef het op.” Wie de strijd tegen de zonde opgeeft, sluit voor zichzelf het Koninkrijk der hemelen.
Nogmaals: ik zeg niet dat het gevecht niet moeilijk is. Het gevecht kan echt zwaar zijn. Maar het feit dat je vecht, is een glorieus hoopgevend teken. En dit geeft het signaal af dat mensen niet buigen voor Babylon.
Ten diepste moeten we onszelf deze vraag stellen: waarin vind ik mijn geluk? Is het in mijn seksualiteitsbeleving? Is het in mijn geld? Is het in mijn werk? Is het in mijn maatschappelijke status? Of is mijn geluk in God? En ben ik gelukkig – niet omdat ik mezelf ben, maar omdat ik in Christus geheiligd ben?
Ik pleit niet voor een veilige Kerk; ik pleit voor een heilige Kerk. Want ik ben ervan overtuigd dat de heilige Kerk veilig is – in Christus’ doorboorde en machtige handen (Johannes 10:28). Laten we elkaar daarom als broeders en zusters bemoedigen en de weg naar ware geluk wijzen. Niet door onszelf te zijn, maar door heilig te zijn. De prijs voelt hoog, maar de beloning in Christus zal méér dan overvloedig zijn!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.