Paulus heeft aan het begin van hoofdstuk 2 beschreven hoe zijn boodschap is bevestigd door de andere apostelen. Vanaf vers 11 beschrijft hij echter een voorval waarbij één van de andere apostelen een struikelblok vormt voor de geloofwaardigheid van het Evangelie. Ook voor ons dient dit voorval als een spiegel.
1. Groepsdruk vormt een bedreiging voor het Evangelie
De eerste les die we kunnen leren van dit gedeelte, is dat groepsdruk een groot probleem, zelfs een bedreiging voor het Evangelie is. Lees maar eens hoe Paulus zijn betoog vervolgt in vers 11-12:
“Maar toen Petrus naar Antiochië gekomen was, ging ik openlijk tegen hem in, omdat hij te veroordelen was. Want voordat er enkelen uit de kring van Jakobus gekomen waren, at hij samen met de heidenen; maar toen zij kwamen, trok hij zich terug en zonderde zich af uit vrees voor hen die van de besnijdenis waren.”
Dit zijn nou niet bepaald zachtzinnige woorden, die Paulus hier over zijn mede-arbeider Petrus schrijft. Petrus had duidelijk last van wat wij nu groepsdruk zouden noemen. Iets van toen? Denk dat maar niet! Loop voor de aardigheid maar eens een dag of week mee met en jongere van een jaar of 14 en je komt er al snel achter dat de jeugdcultuur bestaat uit een aanzienlijke hoeveelheid groepsdruk.
De druk die Petrus hier ervaart, raakt de kern van het Evangelie. Moet hij nu in zijn gedrag laten zien dat er nog steeds een scheiding bestaat tussen Jood en heiden, of heeft hij de moed ervoor uit te komen dat in Christus die scheiding is weggenomen?
Hij besluit het eerste te doen, tot groot ongenoegen van Paulus. Op die manier geeft Petrus namelijk een vinger aan degenen die pleiten voor de besnijdenis, waardoor ze nu zijn hele hand kunnen grijpen. Eigenlijk stemt Petrus in met de eis dat een gelovige in Christus ook besneden zou moeten worden.
2. Het Evangelie kent een vorm van veroordeling
De consequentie van Petrus’ houding maakt ook de felheid van Paulus begrijpelijk. Hij schrijft in vers 11 zelfs dat Petrus “te veroordelen was.” Nu staan we toch wel even met onze ogen te knipperen. De ene apostel die de andere veroordeelt. Sowieso is dat hele woord “veroordelen” de kerk al bijna uitgekieperd. “Ik veroordeel je niet, hoor,” zeggen we bijna excuserend. Wat het ook is, we willen elkaar vooral niet veroordelen. Ik denk dat Paulus alleen al de niet-veroordeel-houding zou veroordelen... We zijn bang geworden dat een ander heel hard “au!” roept en door het lint gaat wanneer we met een woord als “veroordeling” aankomen. Nu moeten we ook niet bij elke willekeurige uitglijder direct veroordelen, maar de softe houding die vandaag de dag in kerken heerst, maakt dat ze aan gezag heeft ingeleverd.
Paulus toont hier duidelijk zijn apostolische gezag ten opzichte van Petrus. Hij is niet bepaald vriendelijk voor hem. En waarom niet? Omdat de kern van het Evangelie hier op het spel staat. Petrus is hier de scheidsmuur weer aan het metselen, die Christus door Zijn dood en opstanding juist heeft afgebroken.
Het Evangelie is geen egostrelende boodschap; het heeft zijn scherpe kanten. Veroordeling heeft zijn plaats, ook binnen de boodschap van het Evangelie.
3. Wij worden beïnvloed, maar zelf beïnvloeden wij ook
Petrus’ handelen heeft gevolgen voor het gebeuren in de zaal. Zoals gezegd, de personen die de besnijdenis van gelovigen eisen, grijpen dankbaar de vinger van Petrus en pakken zijn hele hand. Ook andere mensen raken in verwarring en worden door Petrus’ houding misleid (vers 13):
“En ook de andere Joden huichelden met hem mee, zodat zelfs Barnabas zich door hun huichelarij liet meeslepen.”
“Zelfs Barnabas,” zegt Paulus. Zélfs. Dat wil zeggen: Barnabas was toch echt geen domme jongen, kende zijn klassiekers (oftewel: het Evangelie) en zélfs hij trapt erin! Of wij het nu fijn vinden of niet, onze handelingen hebben invloed op anderen. Wij zijn voorbeelden, positief of negatief. We kunnen anderen de goede kant op wijzen, maar we kunnen anderen ook gruwelijk misleiden. Ook wanneer jij je hier niet bewust van bent, doe je dit. Het bepaalt ons bij de vraag door wie wij ons laten beïnvloeden en hoe de invloed van anderen doorwerkt in onze houding naar anderen toe.
4. Ook de meest gerespecteerde christen kan misleid worden
De woorden “zelfs Barnabas” betekenen ook dat we heel goed moeten oppassen dat we niet zomaar iemands woorden overnemen omdat een gerespecteerd persoon het zegt. Paulus zegt hier niet: “Ach, het is Petrus die bezwijkt onder de groepsdruk, dan kan het geen kwaad.” Nee – Petrus of geen Petrus, water bij de wijn van het Evangelie doen mag door niemand getolereerd worden! Er is bij God geen aanzien des persoons; Hij leest geen naambordjes om iemand goed te keuren. Hij toetst de houding ten opzichte van de Heere Jezus en het Evangelie.
5. Het Evangelie trotseert etnische superioriteit
Niet alleen doet de status van een persoon er niet toe, ook de etnische afkomst en gebruiken mogen geen breekpunt worden in de verkondiging van het Evangelie. Paulus wijst Petrus terecht met deze woorden (vers 14):
“Maar toen ik zag dat zij niet juist wandelden, overeenkomstig de waarheid van het Evangelie, zei ik Petrus in het bijzijn van allen: Als u die een Jood bent, naar heidens gebruik leeft en niet naar Joods gebruik, waarom dwingt u dan de heidenen op een Joodse manier te leven?”
Traditie, etnische afkomst, gebruiken en rituelen mogen op geen enkele wijze een scheiding suggereren tussen gelovigen in Jezus. Er is vandaag de dag een geweldige interesse in Joodse feesten, gebruiken en rituelen; sommigen gaan zover door te stellen dat christenen geen Kerst of Pasen zouden moeten vieren, maar over moeten gaan op het vieren van uitsluitend Joodse feesten. Vanuit dit gedeelte blijkt echter dat dit helemaal niet hoeft. Het moet niet. Als iemand uit eigen beweging de meerwaarde ziet van het vieren van Joodse feesten: prima en amen. Maar deze houding opleggen aan anderen gaat voor Paulus echt een brug te ver.
Dit gevaar ligt voor ons allemaal op de loer. Elke kerk heeft zo zijn eigen “cultuurtje”. De één loopt weg met het vieren van Joodse feesten, de ander is helemaal vol van de eindtijd en profetie. Ook hier ligt clubjesvorming op de loer. We gaan, net als Petrus, liever bij een bepaalde groep zitten, omdat we denken anders buiten de boot te vallen. We willen gerespecteerd worden in onze traditie. Het Evangelie haalt hier een flinke, dikke vette streep doorheen: geen respect volgens de traditie, maar leven in overeenstemming met het Evangelie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.