SalvationInGod

dinsdag 3 mei 2016

Bijbelse counseling [5] Tussen hart en handen

Over zonde in het leven van de christen

In deel 3 hebben we gezien dat elk mens leeft vanuit het verlangen dat in zijn hart leeft. Verlangens op zich zijn goed, omdat wij ermee zijn geschapen door God, maar door de zondeval zijn ze zelfgericht geworden en gebruiken we deze verlangens voor de eer van onze eigen naam, en niet voor de glorie van God.

Het hart: het centrum van de mens
Het is belangrijk stil te staan bij de centrale rol die de Bijbel toekent aan het menselijk hart, omdat volgens de Heere Jezus al onze daden – en dus ook al onze zonden – voortkomen uit het hart. In Marcus 7:19-23 somt Christus de werken op die uit ons zondige hart worden voortgebracht. Hij zegt: “Wat de mens uitkomt, dat verontreinigt de mens. Want van binnenuit, uit het hart van de mensen, komen voort…

- Kwade overwegingen
- Overspel
- Ontucht
- Moord
- Diefstal
- Hebzucht
- Allerlei kwaadaardigheid
- Bedrog
- Losbandigheid
- Afgunst (letterlijk: een boos oog)
- Lastering
- Hoogmoed
- Dwaasheid

Al deze slechte dingen komen van binnenuit en verontreinigen de mens.”

Later geeft de apostel Paulus een haast identieke lijst, die hij eveneens toeschrijft aan het zondige vlees, aangestuurd door de verlangens in het hart (Galaten 5:19-21):

- Overspel
- Hoererij
- Onreinheid
- Losbandigheid
- Afgoderij
- Toverij
- Vijanschappen
- Ruzie
- Afgunst
- Woede-uitbarstingen
- Egoïsme
- Onenigheid
- Afwijkingen in de leer
- Jaloersheid
- Moord
- Dronkenschap
- Zwelgpartijen

Het mes erin!
Wat is het doel van Bijbelse counseling wanneer het gaat om zonde in iemands leven? Paulus brengt een pijnlijk, maar uiterst noodzakelijke oplossing naar voren: het mes moet erin. Kort gezegd: we moeten de oorlog aan de zonde verklaren en we moeten actief werken aan haar dood.
Toen Jezus Christus stierf aan het kruis en opstond uit de dood, heeft Hij de macht van de zonde gebroken voor iedereen die in Hem gelooft. Toen Christus Zich vrijwillig liet slachten als het Lam van God, slachtte Hij daarmee mijn zonde. Dat is de opstandingskracht waaruit christenen mogen leven. Het verhaal is echter gemakkelijker op papier gezet dan in praktijk gebracht. En dat komt door de verlangens in ons hart.
Bijbelse counseling werkt niet met het principe van oppervlakkige oplossingen. Niemand is erbij gebaat slechts het uiterlijk aanzien te verbeteren. Willen we effectief de werken van het vlees kunnen doden, dan zullen we het mes er diep in moeten zetten. Niet slechts in het vlees, maar ook in ons hart.

Als voorbeeld wil ik Davids manier van schrijven nemen, in Psalm 4:3-6:

“Aanzienlijken, hoelang zult u mijn eer te schande maken? Hoelang zult u het lege liefhebben, de leugen zoeken? Sela.
Weet toch: de Heere heeft Zich een gunsteling afgezonderd; de HEERE hoort als ik tot Hem roep.
Wees ontzet, maar zondig niet; spreek in uw hart wanneer u op uw slaapplaats ligt, en wees stil. Sela.
Breng offers van gerechtigheid en vertrouw op de HEERE.”

De manier waarop David hier schrijft, is hoogst opmerkelijk. Hij schrijft hier tegen zijn vijanden. Hij schrijft tegen mensen die opzichtig zondigen. Je zou verwachten dat hij hen een figuurlijke draai om de oren zou willen verkopen. Maar tegen de verwachting in doet hij dat niet. Hij maakt zijn vijanden een drietal zaken duidelijk.

1. De zonde benoemen en ertegen waarschuwen
Als eerste zegt David: “Hoelang zult u het lege liefhebben, de leugen zoeken?” Hier wijst hij de concrete zonde aan: een vals getuigenis spreken over een naaste. Merk op dat dit ook volgens de Heere Jezus en Paulus een duidelijke overtreding van Gods Woord is.
Zonde benoemen en aanwijzen kan meteen heel groots klinken. Belangrijk is dat we de zonde als ernstig en serieus beschouwen (Mattheüs 18:15-20), maar deze bespreekbaar maken in een geest zacht van zachtmoedigheid (Galaten 6:1). Als mensen zijn we namelijk elkaars gelijke en geen mens is volmaakt. Paulus schrijft aan de Galaten dat zij iemand op hun zonde moeten aanspreken met in het achterhoofd dat zij ook zelf in dezelfde zonde kunnen vallen. Vandaar de waarschuwing: “Houd intussen uzelf in het oog, opdat ook u niet in dezelfde verzoeking komt” (vers 1).

2. Aanzetten tot zelfonderzoek
De zonde benoemen is een goede, eerste stap. Toch is dit niet toereikend. En David wijst zijn vijanden hierop. Hij wil dat ze stil worden. Stil worden en nadenken over de vraag waarom zij hiermee bezig zijn. Waarom spreken zij een vals getuigenis over David? Zijn ze jaloers? Kunnen ze hem niet uitstaan? Heeft hij iets gedaan waarvan God heeft gezegd dat het goed is, maar wat tegen de wensen van deze mensen in is gegaan?
Hier komen we terecht bij het hart. Dat schrijft David ook: “Spreek in uw hart…” (vers 5) Wat is de motivatie achter deze zonde? Welke verlangens hebben deze mensen? Onder welke omstandigheden wordt deze zonde begaan? David wil dat deze mensen bij zichzelf te rade gaan en de vraag stellen waarom zij dit eigenlijk doen.

3. Actief aanmoedigen op God te vertrouwen
Het meest ontroerende aan dit gedeelte is dat David zijn vijanden het medicijn voorschrijft tegen de zonde waar zij in leven: God Zelf. Er is maar één oplossing voor het afkeren van zonde en leven voor de gerechtigheid: God zoeken, God vinden en met Hem wandelen. Wat een geweldige genade laat David hier zien: hij weet dat God hem zal verdedigen ten opzichte van zijn vijanden, maar toch roept hij hen op Diezelfde God te zoeken!

Bijbelse counseling: benoemen, blootleggen, bekeren
Wanneer we iemand zien zondigen, moeten we allereerst de vraag stellen of dit een incident is dat op zichzelf staat, of dat dit het zoveelste geval in een reeks van velen is. Als dit laatste het geval is, benoem dan ook op zachtmoedige wijze wat je hebt geconstateerd. Geef aan dat je er over door wilt praten. Wanneer het gaat over counseling, is het ook goed mogelijk dat mensen zelf met het probleem bij je aankloppen.
Wanneer iemand bij je komt, omdat hij of zij geen overwinning krijgt over een specifieke zonde, is het belangrijk om het bovenstaande model in acht te nemen en in drie stappen te doorlopen:

STAP I Benoem de zonde concreet
- Stel vast onder welke noemer de Bijbel de daad plaatst.
- Stel vast in welke context het plaatsvond (zijn er andere mensen bij betrokken, is het in het geheim gebeurd? Thuis of op het werk?).
- Stel vast onder welke omstandigheden het gebeurd is (als iemand gedwongen werd een zondige handeling te verrichten, wordt de gehele casus anders).

STAP II Leg de verlangens van het hart bloot
- Ga na wat iemand heeft overwogen om deze zonde te doen (wat zijn gedachten of denkbeelden?).
- Ga na of er een patroon valt te ontdekken waarop deze zonde wordt begaan (bijvoorbeeld een specifiek tijdstip op de dag, in een steeds terugkerende situatie, stressfactoren of juist doelloosheid in het dagelijks leven).
- Ga na vanaf welk moment deze zonde zichtbaar in het leven van iemand aanwezig is (is er in het verleden iets gebeurd dat dit gestimuleerd of versterkt heeft? Vanaf welk moment is deze zonde prominent aanwezig?).
- Ga na in hoeverre de zonde gemakkelijker tot stand komt door de aard en karakter van de persoon (is iemand vanuit zijn persoonlijkheid sneller geneigd boos te worden of heeft iemand van jongs af aan al veel gelogen?).

STAP III Wijs op het verlossingswerk van Jezus Christus
- Verkondig het Evangelie en vertel dat er hoop is voor iedereen die gelooft in het verlossingswerk van Jezus Christus.
- Maak duidelijk dat geen mens uit zichzelf in staat is om de zonde in eigen kracht te overwinnen; het is een ongelijke en uitputtende strijd die de frustratie alleen maar groter maakt. Belangrijk: op dit moment is het een waardevolle toevoeging wanneer jij jouw eigen worstelingen deelt om de relatie tussen jullie als gelijkwaardig neer te zetten; hij worstelt met die specifieke zonde, jij met deze. Dit voorkomt een ongemakkelijke vraag-en-antwoordsessie.
- Maak ook duidelijk dat het lijden en sterven van Jezus de doodsteek voor deze specifieke zonde betekent. Hij heeft het werk volbracht (Johannes 19:30).
- Moedig de persoon aan slechts tevreden te zijn met het verlossingswerk van God in Christus, juist omdat het een compleet, volmaakt en volbracht werk is; er hoeft niets meer aan toegevoegd te worden.
- Erken dat het menselijke vlees zwak is, niet volmaakt en dat het daarom kan gebeuren dat de persoon in dezelfde zonde kan vallen. Bemoedig degene met het nuchtere besef dat dit kán gebeuren, maar geef ook de waarschuwing dat het een probleem is wanneer het structureel wordt. Christusgelijkvormigheid is een proces en het kan een hele tijd kosten voordat gedragspatronen veranderd zijn.

STAP IV Ga in gebed tot Hem Die het verlossingswerk volbracht heeft
- Benoem in het gebed concreet de zonde.
- Spreek de verlangens van het hart, de omstandigheden waarin de zonde is begaan en de motivatie voor het gedrag naar God toe uit.
- Loof en prijs God voor het werk dat Hij in Zijn Zoon heeft volbracht.
- Bid dat Gods Geest de kracht geeft om in het vervolg de zonde te doden door te zien op de Gekruisigde en Opgewekte Christus.
- Bid ook om realistisch geduld; verandering is een proces en wordt niet in één dag of uur afgerond.

Zonde en de vrijheid van het geweten
Wanneer een specifieke zonde wordt besproken tijdens het proces van counseling, is het belangrijk vast te houden aan de lijst van zonden die de Heere Jezus en de apostel Paulus hebben opgesteld (zie hierboven).
Er is heden ten dage namelijk een tendens aan het ontstaan die méér aan deze lijst toevoegt en daarom vooral problematisch is voor mensen met psychische klachten en stoornissen. Mensen die deze lijst langer maken, zullen bijvoorbeeld ook met name emotionele zaken als zonde benoemen, die bij deze groep mensen verstoord zijn, zoals angst. Maar zover gaan Christus en Paulus niet. Het is waar dat Jezus in specifieke gevallen Zijn discipelen berispt vanwege angst, veroorzaakt door ongeloof. Wanneer we echter omgaan met mensen die een psychiatrische diagnose hebben, moeten we uiterst voorzichtig zijn met onze benadering – zeker als we op dat punt leken zijn en er weinig kennis van hebben. We kunnen mensen ontzettend veel pijn doen wanneer we hun ongrijpbare, emotionele stoornis gaan behandelen alsof het een doelbewuste zonde is. Zij vinden het ook al moeilijk genoeg om hiermee te leren leven en als we er nog een berg schuldgevoel bovenop gooien, zijn de troost en het licht helemaal ver te zoeken. Pas op dat je mensen niet opzadelt met extra, onnodige lasten.
In dit kader vind ik Romeinen 14 helpend. Er zijn in de christelijke wereld verschillende visies op psychologie, psychiatrie en het gebruik van medicatie. Dat mag, dat is ook niet erg; het zorgt ervoor dat we niet klakkeloos achter alles aanlopen wat we horen. Er zit echter één grote “maar” bij: de discussie over, en nog belangrijker, de omgang met mensen die een psychiatrische diagnose hebben, moet worden gekenmerkt door een houding van aanvaarding. Paulus zegt in Romeinen 14:1-2:

“Aanvaard wie zwak is in het geloof, maar niet om over meningsverschillen te strijden. De een gelooft wel dat hij alles eten mag, maar wie zwak is, eet plantaardig voedsel. Wie wel alles eet, moet hem niet minder achten die niet alles eet. En wie niet alles eet, moet hem niet veroordelen die alles eet. God immers heeft u aanvaard. Wie bent u, dat u de huisslaaf van een ander oordeelt? Of hij staat of valt, gaat alleen zijn eigen heer aan. Hij zal echter staande gehouden worden, want God is bij machte hem staande te houden.”

Wat Paulus hier doet, is ruimte laten voor verschillende interpretaties met betrekking tot specifieke onderwerpen. Hier noemt hij voedsel en het onderhouden van bijzondere dagen, maar we kunnen het vandaag de dag evenzeer toepassen op zaken waar de Bijbel geen specifieke dingen over zegt. De Bijbel prijst het gebruik van antidepressiva niet aan, maar spreekt zich er ook niet uitdrukkelijk tegen uit. Als dat zo is, wie zijn wij dan dat we hen die te maken hebben met neerslachtigheid en depressiviteit zouden veroordelen, enkel omdat zij medicatie slikken? Zijn er dan geen bezwaren tegen medicijnen? Die zijn er zeker, maar we kunnen nooit iemand wegzetten als “ongeestelijk”, omdat hij of zij iets doet, waar wij een andere visie op hebben. Als de Bijbel ruimte geeft aan meerdere interpretaties, dienen wij elkaar te aanvaarden zolang onze beslissingen verantwoord kunnen worden binnen deze grenzen. Wij hoeven elkaar namelijk niet te beoordelen: wij zijn als christenen al aanvaard door God in Christus en Hij is bij machte ons te bewaren. Met of zonder psychische klachten; met of zonder medicatie.
Wij vinden het moeilijk om te gaan met zwakkeren in het geloof, omdat hun zwakte impact heeft op ons geloofsleven. Dat willen wij liever niet. Het punt is echter niet dat we onszelf moeten beschermen tegen de zwakte van de ander, het gaat er juist om dat een sterk geloof Bijbels kan omgaan met de zwakte van de ander.

Zonde: moreel kwaad
In het verlengde hiervan is het belangrijk in te zien wat zonde in de kern is. Emotionele onbalans of stoornissen zijn géén zonde; immorele handelingen zijn dat wel. Wat we altijd moeten beseffen is dat ook mensen met een psychiatrische achtergrond hun vertrouwen op Christus kunnen stellen. Laten we daarom niet het psychische probleem wijten aan een gebrek aan vertrouwen op de Heere Jezus. Als we dit gaan doen, maken we de situatie voor de persoon alleen maar instabieler, schaamtevoller en bezorgen we hen onterecht meer schuldgevoelens.
Terechte schuldgevoelens komen voort uit handelingen die de Bijbel aanwijst als zonde. Daar moet ook als zodanig over doorgepraat worden. Het verschil tussen een stoornis en zonde is dat een stoornis een verstoring in het karakter van iemand kan zijn, waar diegene zelf niet mee wil leven, terwijl de zonde iets is wat hij met overwegingen doet. In Bijbelse counseling is het van belang twee zaken als uitgangspunt te nemen:

1. Elk mens is moreel verantwoordelijk voor wat hij doet
Iedereen wordt door God verantwoordelijk gehouden voor zijn eigen handelen. Niemand kan zich verschuilen achter het gedrag van anderen, opvoeding of aanleg. De zonde mag nooit goedgepraat worden. We moeten altijd kijken welke invloeden leiden tot daadwerkelijke zonden en door middel van het Woord en Gods Geest Christusgelijkvormigheid na jagen.

2. De complexiteit van de persoonlijkheid nodigt ons uit om met anderen te sympathiseren
Wanneer we nadenken over het gedrag van mensen, moeten we erkennen dat wij allemaal complex in elkaar zitten. Het is nog niet zo eenvoudig om mensen gemakkelijk tot verandering aan te zetten. Dan is het goed om onszelf de spiegel voor te houden. Wij hebben ook onze zwakheden en wij hebben zelf ook jaren rondgelopen met eenzelfde probleem. Misschien lopen we er nog wel mee rond. Dit moet ons nederig maken wanneer we optrekken met anderen. In Hebreeën 2 en 4 staat dat Jezus kan “sympathiseren” met onze zwakheden, doordat Hij in Zijn menselijke natuur heeft deelgenomen aan het bestaan met lijden en dood. Wanneer we in gesprek zijn met anderen, is inlevingsvermogen onmisbaar.

De zonde blijft in ons totdat we sterven, of totdat Jezus terugkomt. We zullen er altijd mee te worstelen en strijden hebben. Maar als we de juiste context, aard, aanleiding en verlangens kennen waarin de zonde wordt gedaan, kunnen we in de kracht van Gods Woord en Geest effectief het vlees doden en overwinning ervaren. En wanneer we vol inlevingsvermogen naast iemand kunnen staan met een barmhartige en genadige houding – “sympathiseren” – kunnen er prachtige wonderen gebeuren in het leven van gebroken mensen.


Dit artikel is onderdeel van een serie. Lees hier de andere delen:
Deel 1
Deel 2
Deel 3
Deel 4
Deel 6
Deel 7

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.

Blogarchief