Het woord ‘wonderbaarlijk’ is geen overwaardering van het machtige werk dat God kan doen in een mensenleven. In de diepste duisternis schenkt Hij het heerlijkste licht en op de grootste puinhopen kan Hij een alles overtreffend, machtig fundament leggen. Wat ik de afgelopen weken heb doorgemaakt, is inderdaad wonderbaarlijk! God heeft het boek Overcoming Sin & Temptation van John Owen op een manier gebruikt die ik nooit voor mogelijk had gehouden. Nooit eerder is het belang van en het heerlijke nieuws over de glorie van Jezus Christus zo helder voor mijn ogen geschilderd (of wel, maar dat ik het niet zag).
De afgelopen conferentie van Evangelium21 in Hamburg heeft deze vreugde alleen maar meer verdiept. Zondagochtend – na op de onchristelijke tijd van omstreeks kwart over drie ‘s nachts uit bed te zijn gestapt en om half vijf te zijn vertrokken – preekte Baptistenpredikant John Piper naar aanleiding van 2 Korinte 4:1-6. Hij stelde de vraag wat het Hoogste Goed is dat ons wordt geschonken in het Evangelie. Is het vergeving van zonden? Is het rechtvaardigmaking? Is het een plaats in de hemel? Al deze dingen horen er zeker bij, het zijn allemaal elementen – maar het grootste geschenk dat we mogen ontvangen is dat God Zich met ons heeft verzoend, door Zijn Zoon Jezus Christus, Die aan het kruis van Golgotha met Zijn bloed betaalde voor onze zonden. Paulus wijst er in de eerste zes verzen van 2 Korinte 4 op, dat dit het Evangelie is van de heerlijkheid van Jezus Christus. Het Evangelie laat ons de heerlijkheid van Jezus zien. In zijn boek God is het Goede Nieuws stelt Piper de vraag of wij gelukkig zouden zijn in een hemel zonder Christus. De prediking van die zondagmorgen was een grote toost op Gods wonder van het Evangelie en de schildering van Jezus’ glorie. Het is niet alleen een voorrecht om Gods heerlijkheid in het gelaat van Jezus Christus te mogen aanschouwen, we worden ook door God geroepen deze heerlijkheid te verkondingen aan de wereld, opdat God met Zijn soevereine licht en genade in de verduisterde harten van (door satan) blinde mensen kan schijnen.
Hoe kan het dat er zo velen zijn, die deze heerlijkheid niet zien? De vorst van deze wereld [satan] heeft mensen verblind – deze mensen kunnen de heerlijkheid van Jezus niet zien. Geen mens kan uit zichzelf dit licht willekeurig oproepen of regelen. Want God die in het begin heeft gezegd: ‘Laat licht in de duisternis schijnen!’ heeft in het hart van de wedergeboren christen geschenen om het licht te schenken aan kennis over de glorie van God in het gelaat van Jezus Christus. Wedergeboorte is dus niet zomaar een ‘keuze’, maar het moment waarop Gods licht in je hart gaat schijnen en je de heerlijkheid van Christus leert zien en ontdekken!
De slotdag heb ik vooral ervaren als één die het pastorale vizier op scherp heeft gezet, met hier en daar zijn confrontaties. Het betoog van de Duitse voorganger Matthias Lohmann naar aanleiding van 1 Petrus 1 was een hartverwarmende oproep om elkanders lasten te dragen en niet meedogenloos met de botte bijl in te hakken op mensen die hun zonden eerlijk willen belijden. Ook al ben je voorganger, je bent een mens die tegen problemen aan kan lopen en het moet aangemoedigd worden om over die problemen te kunnen praten. Je moet een goede kring vertrouwelingen en vrienden om je heen verzamelen, waarvan je weet dat je zaken in hun midden op tafel kunt leggen. Het vraagt een vriendschappelijke band vol vertrouwen. Gods oproep om heilig te zijn, is een liefdevolle nodiging om Zijn karakter te weerspiegelen!
Een andere voorganger, Christian Wegert, zette het contrast neer tussen de wijsheid van God en de wijsheid van de mens. De mens wil God altijd vertellen hoe Hij Zich moet manifesteren. Als God werkt op een manier die ons niet bevalt, roepen we dat het niet Gods werk is. Het Evangelie is volgens Paulus immers een ergernis voor de Jood en een dwaasheid voor de Griek. We moeten vasthouden aan de belijdenis dat God soeverein boven alle machten en krachten staat, boven alle menselijke wijsheden en filosofieën die door de eeuwen heen rijkelijk zijn rondgestrooid in deze wereld.
De conferentie werd afgesloten door John Piper, die dit jaar voor het laatst als voorganger op de conferentie van Together for the Gospel heeft gesproken voor voorgangers. Hij wilde van die gelegenheid gebruikmaken om met het publiek zijn verwondering te delen dat hij na al die jaren nog steeds christen is. Hij wees op de verzen 24 en 25 uit de brief van Judas. ‘De enige zekerheid dat je morgen, na al die tijd van christen zijn, weer als christen wakker word, ligt in de zekere belofte dat God je bewaart’. Zijn vader was evangelist en vertelde dat hij veel momenten van huis was. John was dan thuis bij zijn moeder, zusters en grootmoeder. Zijn vader was ongeveer één derde van de tijd thuis bij zijn gezin.
Piper wees op het belang, specifiek voor jonge mannen, om een geestelijke vader in het leven te hebben, die het Evangelie van Jezus Christus met je deelt, je begeleidt in het groeien als kind van de Allerhoogste, toerust, en bemoedigt om in de kracht van Gods Geest – beschikbaar gesteld door Gods genade – te volharden in de taak waartoe God je geroepen heeft. Als voorbeeld noemde hij de innige band tussen de apostel Paulus en Timoteüs (2 Timoteüs 1). Hij veronderstelde dat het in de levens van veel aanwezigen in de zaal aan deze geestelijke vader heeft ontbroken. In mijn geval klopt dat. Piper verwondert zich over het feit dat hij nog steeds christen is, ik mag mij verwonderen dat ik christen ben geworden! Christen worden is natuurlijk nooit vanzelfsprekend, maar om gegrepen te worden door de heerlijkheid van Christus in een omgeving waarin dat allerminst de grootste vreugde is, is waarlijk een Godswonder. Er is meer nodig dan christelijke clichés als God is liefde… Haat de zonde, heb de zondaar lief…
Natuurlijk, ik realiseer mij dat zij, die in hun opvoeding nooit de heerlijkheid van Christus hebben aanschouwd en geproefd omdat ouders dit niet kenden of door hebben gegeven, deze ook niet kunnen doorgeven aan hun eigen kinderen – behalve als God machtig ingrijpt door wedergeboorte. Het geheim zit hem niet in kerkbezoek alleen. Het geheim zit hem ook niet naar dominees luisteren. Je kunt zoveel luisteren wat je wilt en toch stokdoof blijven. De enige manier om religieuze poppenkast en het traditionalistisch theater overboord te kieperen is om Gods heerlijkheid in het gelaat van Jezus Christus te zoeken en te vinden. Dan is er hoop. Niet alleen voor mij. Maar ook voor mensen om mij heen. Mijn omgeving. De komende generaties. En daarom drukte Piper zijn hoorders op het hart om, als je eenmaal die heerlijkheid hebt leren zien en waarderen, zelf een geestelijke vader te worden – om tot een zegen te zijn voor anderen.
Nu, na bijna 24 jaar – na het ontdekken van de heerlijkheid van God in het gelaat van Jezus Christus, beleef ik het als écht thuiskomen.
Evangelium21 Predigten / Vorträge 2012
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.