Openbaring 13:11-18 behoort tot één van de meest bekende én speculatieve apocalyptische gedeelten in de Bijbel. Dit is hét gedeelte waarin dat duivelse en mysterieuze getal wordt genoemd.
Mensen die denken dat ze na het lezen van dit deel van de studie over geestelijke macht in het boek Openbaring enig zicht hebben op “wie de antichrist is” of menen te weten “wie er met het getal zeshonderdzesenzestig wordt bedoeld” zal ik moeten teleurstellen: dat ga ik niet zeggen. Dat is niet omdat ik graag kennis voor mezelf wil houden of omdat ik wil plagen, maar omdat ik eenvoudigweg niet kan zeggen wie hiermee wordt aangeduid.
Een “breed-apocalyptische” benadering
Wellicht heb ik in de vorige twee delen al mensen teleurgesteld door niet in te gaan op bepaalde details die we in Openbaring 13:1-10 zijn tegengekomen. Daar heb ik goede redenen voor.
De samenvatting van al deze redenen zou ik kunnen typeren met het begrip “breed-apocalyptisch.” Ik ben ervan overtuigd dat we het boek Openbaring moeten interpreteren vanuit de brede lijn en het brede verband.
Wie zich wil verdiepen in alle details, raakt het brede verband kwijt. En loopt op deze manier onvermijdelijk vast. “Breed-apocalyptisch” betekent dat je de hoofdlijn van het boek Openbaring vasthoudt – de strijd tussen het Lam en de draak na het volbrachte verlossingswerk van Jezus Christus – en op zoek gaat naar de ontwikkelingen die Johannes van dit conflict krijgt te zien. Het is onzinnig om iets stellig te beweren over iets wat nog helemaal nog niet zo zeker is. Dit geldt uiteraard ook voor een concrete invulling van het beest dat in Openbaring 13:1 uit de zee komt. Wat is het beest? Zeer concreet is dit niet te zeggen.
Het voordeel van een “breed-apocalyptische” benadering is echter wél dat je genoeg hebt aan de feiten die de tekst zelf aandraagt. Ook al zijn het misschien niet veel of gedetailleerde feiten, ze bieden genoeg aanknopingspunten om elementen op te pikken die bijdragen aan het begrijpen aan de brede lijn van het boek. Eén van de aanknopingspunten die we in Openbaring 13:1-10 hebben gevonden, is dat het beest uit de zee in ieder geval een politieke en dictatoriale macht is, die de Kerk van Jezus Christus op aarde vervolgt en probeert uit te roeien. Hebben we dan nog wel elk minuscuul detail nodig om erachter te komen wie of wat het beest is?
Nee. Het punt is dit: als we in staat zijn de grote en duidelijke puzzelstukjes van Openbaring op de juiste plek te leggen, dan hebben we al genoeg in handen om bijtijds gevaren te zien. Met de “breed-apocalyptische” benadering zijn we in staat politieke ontwikkelingen te duiden en kunnen we op tijd signaleren welke kant het op gaat. De kunst is dit: christenen moeten politieke ontwikkelingen en stromingen nauwlettend in de gaten houden en niet de individuele politici. Dat klinkt nogal vreemd, omdat bijvoorbeeld lijsttrekkers van politieke partijen als boegbeelden van een politieke stroming worden gezien. Ik denk niet dat het bevorderlijk is wanneer we individuele politieke vertegenwoordigers in de gaten houden en ons de vraag stellen of deze persoon de antichrist zou kunnen zijn. In plaats daarvan moeten we ons richten op de speerpunten van politieke stroming en ideologieën. En als we weten welke speerpunten dit zijn, kunnen we gemakkelijk de rekensom maken met betrekking tot individuele politici.
Nogmaals wil ik hier benadrukken dat één antichrist niet het probleem is. Het probleem is de politieke macht en zijn aanhang. Dit kunnen we na het lezen van Openbaring 13:1-10 in ieder geval zonder twijfel stellen.
De opkomst van het tweede beest
Onze aandacht is tot nu toe uitgegaan naar het eerste beest, dat er gruwelijk intimiderend en godslasterlijk uitziet.
Wanneer we verder lezen, zien we een tweede beest opkomen. We zullen in dit deel ingaan op de eigenschappen van dit tweede beest. En opnieuw wil ik hier benadrukken: dit zal gebeuren vanuit de “breed-apocalyptische” benadering.
1. Het tweede beest en zijn twee gezichten (vers 11)
In vers 11 ziet Johannes een ander beest opkomen. Het is dus goed om te weten dat de lens van Johannes’ camera nu niet gericht is op de politieke en dictatoriale macht van vers 1-10, maar op een andere opkomende macht:
“En ik zag een ander beest opkomen, uit de aarde, en het had twee hoorns, als die van het Lam, maar het sprak als de draak.”
Dit beest heeft twee gezichten. Het betekent dat het doortrapt en misleidend te werk gaat. Misschien ken je wel iemand in jouw omgeving waarvan je zegt: “Die persoon heeft echt twee gezichten.” Waar het in de kern op neerkomt, is dat iemand zich in het publieke domein anders gedraagt en voordoet dan wanneer hij of zij op zichzelf is of met familie en vrienden. De buitenwereld ziet dan niet zijn ware gezicht, maar zijn masker. En dat maakt het zo gevaarlijk. Het publiek weet niet met wie het werkelijk te maken heeft. En dat is met machthebbers – op welk gebied dan ook – geen goed nieuws.
De beschrijving van Johannes doet vermoeden dat dit beest een soort “christusfiguur” is, maar ten diepste een gezant van satan. Johannes ziet namelijk de kenmerken van een lam (en in het boek Openbaring wordt Jezus Christus op verschillende plaatsen het Lam genoemd). Klaarblijkelijk is dit beest dus een geestelijke macht met het masker van Christus, maar met het gezicht van de duivel. Hier ligt een belangrijke taak voor de Kerk: zij moet niet letten op wat zij in de wereld ziet, maar vooral op wat het hoort. Schijn bedriegt, leert een bekend spreekwoord. We mogen niet tevreden zijn omdat we mooie dingen “zien” gebeuren. We moeten letten op dat wat we zien in combinatie met dat wat we horen.
In feite kent dit tweede beest een schizofreen karakter. Het lijkt innerlijk verscheurd. Het moet voortdurend de omschakeling maken tussen het optreden als messiasfiguur en om tegelijkertijd achter de schermen zijn duivelse plannen uit te werken.
2. Het tweede beest en zijn heerschappij en aanzet tot aanbidding (vers 12)
In vers 12 lezen we dat dit tweede beest niet op zichzelf staat. Het staat namelijk in dienst van het eerste, dat symbool staat voor de dictatoriale politiek macht:
“En het oefent al de macht van het eerste beest voor zijn ogen uit, en het maakt dat de aarde en zij die er wonen het eerste beest aanbidden, waarvan de dodelijke wond genezen was.”
Wat is de functie van het tweede beest? Kort gezegd staat dit beest in dienst van het eerste. Dit beest ondersteunt het dictatoriale regime. En dat gebeurt niet geheel subtiel. Zijn er voorbeelden uit de geschiedenis waarin een dergelijke situatie zich voordeed? Jazeker, ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Toen Adolf Hitler zich richting het centrum van de macht bewoog, zworen kerken in Duitsland trouw aan hem. Ja, je leest het goed: kerken zworen trouw aan hem. Dit betekent dat het kruis van Christus in de kerken werd vervangen door het hakenkruis en dat de Bijbel moest wijken voor Mein Kampf. Gelukkig gingen niet alle kerken hierin mee, maar een groot deel helaas wel. Wat dit betreft is het goed en noodzakelijk om te bestuderen hoe iemand als Hitler zich enerzijds als messiasfiguur opwierp, en tegelijkertijd een satanische ideologie praktiseerde; niet om hem te verheerlijken, maar wel om de doortrapte werkwijze van dictators te kunnen doorgronden.
Het tweede beest dat Johannes ziet, moet de wereld er in feite van overtuigen dat het eerste beest aanbeden dient te worden. Blijkbaar heeft een dictator of politieke macht een ondersteunende partij nodig om legitimiteit en vertrouwen te ontvangen.
Wederopstanding
Het is opvallend dat Johannes in Openbaring 13 meerdere malen benadrukt dat het eerste beest een dodelijke wond heeft en dat deze wond geneest. In totaal lezen we vier keer over de dodelijke wond die geneest. Dat is veelzeggend: het is een belangrijk kenmerk van deze dictatoriale en door satan geïnspireerde macht.
Voor het tweede beest is dit hét kenmerk dat deze politieke macht aanbeden moet worden. Het doet denken aan een soort “vergoddelijkte dictatuur”. Als we kijken naar het fundament van het Evangelie, dan zien we dat de betrouwbaarheid ervan staat of valt met de opstanding van Jezus Christus. Als Christus niet is opgewekt uit de doden, is ons geloof zinloos (1 Korinthe 15:12-19). En zo beweert ook dit tweede beest dat het eerste aanbeden dient te worden vanwege een vermeende “wederopstanding”.
3. Het tweede beest en zijn misleidende tekenen (vers 13-14a)
Het eerste beest heeft dus het optreden van het tweede nodig om de aanbidding van de wereld te ontvangen. Het tweede beest wijst niet alleen op de dodelijke wond die genezen is, maar lijkt volgens vers 13-14a ook te fungeren als een soort profeet:
“En het doet grote tekenen, zodat het zelfs vuur uit de hemel laat neerkomen op de aarde, voor de ogen van de mensen. En het misleidt hen die op de aarde wonen door middel van de tekenen die het gegeven zijn te doen voor de ogen van het beest.”
Het optreden van dit tweede beest doet denken aan de profeet Elia. In zijn strijd tegen de Baälpriesters riep hij vuur uit de hemel. Waarom? Om te bewijzen dat de God van het verbondsvolk Israël de enige ware God is. De God van Elia is de levende God. Baäl is dood, maar God leeft.
Als we Openbaring 13:11-18 naast de strijd van Elia leggen, dan zien we een opvallende gelijkenis: ten diepste gaat het om legitimiteit. Wie is het waard te aanbidden: God of Baäl? Elia bewees in de strijd: het is overduidelijk dat God alle aanbidding waard is!
In Openbaring 13:3-4b hebben we gelezen hoe mensen over het beest spreken:
“En de hele aarde ging het beest met verwondering achterna. En zij aanbaden de draak, omdat hij aan het beest macht gegeven had. En zij aanbaden het beest en zeiden: Wie is aan dit beest gelijk? En wie kan er oorlog tegen voeren?”
Dit is – zoals ook al eerder gesteld – de kernvraag van aanbidding. Aanbidding betekent toegewijd zijn aan de allerhoogste en meest bewonderenswaardige macht of kracht die bestaat. In Openbaring 13:13-14a zien we dat het tweede beest, in dienst van het eerste, optreedt als een soort Elia. Het lijkt erop dat het tweede beest een geestelijke of occulte macht is. Dit verschijnsel komt in de Bijbel vaker voor; denk maar aan de magiërs in Egypte, die veel wonderen van God konden “nabootsen” en zodoende de farao ervan konden overtuigen dat de God van Israël blijkbaar niet zo indrukwekkend kon zijn, zodat de machtigste persoon van Egypte het Joodse volk niet liet gaan. Het is niet legitiem gehoorzaam te zijn aan een god of macht als niet eerst is “bewezen” dat “hij” of “het” alle macht bezit. Dit geldt ook voor de aanbidding van het beest. Zolang er geen enkele reden is om hem te aanbidden, zal niemand dit doen.
Het mag duidelijk zijn dat de legitimiteit voor aanbidding van het eerste beest met de opkomst van het tweede ogenschijnlijk toeneemt. En dan bedoel ik ook echt “ogenschijnlijk” – want we hebben in vers 11 gezien dat dit tweede beest twee gezichten heeft. Schijn bedriegt!
Intimideren en manipuleren
Iemand die geen genoegen neemt met minder dan de macht, zal er alles aan doen om deze macht daadwerkelijk in handen te krijgen – en behouden! Dit kan op twee manieren. Een machthebber kan intimideren; hij kan dreigend worden. Dictators schuwen geen enkel middel om het volk onder de duim te houden. Martelingen zijn geen uitzonderingen.
Een machthebber kan echter ook manipuleren. Hij kan feiten verdraaien om zijn eigen aanzien te vergroten, zonder dat het gegrond is. Nou moeten we ons realiseren dat beide beesten in Openbaring 13 deze twee methoden toepassen. Ze intimideren en manipuleren de boel. Maar uiteindelijk krijgen ze wel de wereld achter zich.
4. Het tweede beest en de onderwerping aan het eerste beest (vers 14b)
Het tweede beest laat de wereld werken voor het eerste. Het eerste beest – de dictatoriale politieke macht – moet aanbidding ontvangen. Dat eerste beest moet als “indrukwekkend” en “goddelijk” gepresenteerd worden. Er moet zelfs een beeld voor worden gemaakt:
“En het zegt tegen hen die op de aarde wonen, dat zij een beeld moeten maken voor het beest dat de wond van het zwaard had en weer levend werd.”
Opnieuw zien we hier de verwijzing naar de wond die is genezen. Het heeft er alle schijn van dat deze dictatuur of politieke macht wordt neergezet als onoverwinnelijk. Maar wat betekent zo’n beeld dan? En wat moeten we ons precies bij de geestelijke of occulte macht voorstellen?
God heeft het volk Israël uitdrukkelijk verboden een beeld te maken (zie Exodus 20:4-6 en Deuteronomium 5:8-10). Er mag geen enkel beeld worden gemaakt dat wordt vereerd als god, of om het tot symbool te maken van de god die aanbeden wordt. En dat is exact wat we in Openbaring 13:14 zien gebeuren. De mensen zullen het eerste beest aanbidden. Hoe zal dit er concreet uit gaan zien? Vers 15-18 werpen mogelijk meer licht op deze zaak.
5. Het tweede beest en de stem van het beeld voor het eerste beest (vers 15)
In vers 15 lezen we iets opvallends:
“En hem werd macht gegeven om een geest te geven aan het beeld van het beest, opdat het beeld van het beest zelfs zou spreken, en zou maken dat allen die het beeld van het beest niet zouden aanbidden, gedood zouden worden.”
Er wordt een geest gegeven aan het beeld, zodat het zelf ook spreken kan. Waar moeten we hier aan denken? Is dit een standbeeld dat letterlijk een geest krijgt? Gaat de wereld het meemaken dat een standbeeld gaat spreken?
Dat is hoogst onwaarschijnlijk. Opnieuw moeten we goed letten op de aanwijzingen die tekst ons zelf geeft. We lezen opnieuw over toewijding, over aanbidding. Het kan in zekere zin natuurlijk wel een letterlijk standbeeld zijn, maar het feit dat dit beeld een geest ontvangt om te kunnen spreken, doet vermoeden dat hier veel meer aan de hand is. Het lijkt namelijk te wijzen op een stem of beweging zoals we die in de politiek ook zien. Een politieke stroming of partij heeft een bepaald programma of plan en als er veel mensen zijn die hun stem hieraan geven, wordt deze beweging sterk. Je zou kunnen zeggen dat het beeld van het eerste beest “gaat leven” onder de mensen. Dit moet dan niet verstaan worden als letterlijk tot leven komen, maar als de sfeer in een samenleving.
Het tweede beest lijkt de politieke sfeer van het eerste beest te bepalen. Het heeft veel weg van een geoliede propagandamachine waarbij list, bedrog, intimidatie en manipulatie aan de orde van de dag zijn. En de wereld loopt er achteraan.
6. Het tweede beest en het merkteken van het eerste beest (vers 16-17)
In vers 16-17 komen we bij die mysterieuze woorden die Johannes heeft opgeschreven. Het zijn de woorden over dat mysterieuze merkteken:
“En het maakt dat men aan allen, kleinen en groten, rijken en armen, vrijen en slaven een merkteken geeft op hun rechterhand of op hun voorhoofd, en het maakt dat niemand kan kopen of verkopen, behalve hij die dat merkteken heeft, of de naam van het beest of het getal van zijn naam.”
Wat probeert God Zijn volk hier duidelijk te maken? Waarom wordt dit zo cryptisch omschreven?
Laten we eens beginnen met een observatie vanuit deze tekst. Deze twee verzen brengen een nieuwe dimensie van de macht naar voren. Er zit duidelijk een verband tussen de macht van de twee beesten en de economie. Blijkbaar beheerst deze dictatuur de economische macht, zodat tegenstanders van het regime de mond kan worden gesnoerd door middel van economische sancties.
Ook dit zien we al in onze tijd gebeuren. Landen leggen elkaar economische sancties op, omdat men de verontwaardiging over bepaald beleid wil onderstrepen.
Er zijn christenen die geloven dat het hier om een chip gaat. Deze chip zou dan worden aangebracht in de rechterhand of op het voorhoofd. Wie dit merkteken aanneemt, is voor eeuwig verloren. Is hier wat voor te zeggen?
Op het eerste gezicht wel. Als we het woord “merkteken” letterlijk opvatten, dan kan het een chip betekenen.
Maar ook hier lijkt dit niet waarschijnlijk. We kunnen de woorden “rechterhand” en “voorhoofd” ook symbolisch opvatten en dan komen we terecht bij ons denken en handelen. Het wijst op denkbeelden, opvattingen en het doen en laten van iemand. Dit merkteken kan worden geïnterpreteerd als tegenhanger van de “verzegeling” van Gods volk in Openbaring 7:3. Verzegeling betekent dat je ook gemerkt wordt. Je ontvangt een stempel of zegel. En dat betekent dat God Zijn kinderen tot Zijn eigendom maakt.
Zo kunnen we ook in Openbaring 13:16-17 zien, dat het beest zijn aanbidders als het ware tot zijn eigendom maakt. Het beest verklaart dat deze mensen van hem zijn; het beest “bezit” hen. Hoe wordt dat duidelijk? Dat antwoord is eenvoudig: ze gaan denken als het beest en ze gaan handelen als het beest. Ons denken en handelen bewijzen onze toewijding. Wij worden als het ware veranderd naar het beeld (let op de woorden van vers 15!) van datgene waarop wij onze gedachten en handelingen richten.
In hoofdlijnen komt het hierop neer: de politieke dictatuur zal er alles aan doen om de bevolking zo veel mogelijk onder het gezag van de te dictator krijgen. De bevolking moet denken wat de dictator vindt en doen wat de dictator beveelt. Wie niet meewerkt, krijgt onvermijdelijk te maken met economische sancties.
Mijn inschatting is dat het merkteken van het beest geen chip is, maar een aanduiding om de toewijding van degenen die het beest aanbidden – en ook de intimiderende macht van de dictatuur – te beschrijven.
7. Johannes’ oproep: “Bereken het getal van het beest!” (vers 18)
Hiermee zijn we er nog niet. Want in het laatste vers van hoofdstuk 13 zien we dat Johannes concrete informatie geeft over het merkteken van het beest:
“Hier is de wijsheid: wie verstand heeft, laat hij het getal van het beest berekenen, want het is een getal van een mens, en zijn getal is zeshonderdzesenzestig.”
Op grond van dit vers kunnen we vier dingen met zekerheid stellen over het merkteken van het beest:
A: Het is een getal
B: Het is een getal dat berekend kan worden
C: Het is een getal van een mens
D: Het getal is zeshonderdzesenzestig
Hoe concreet deze vier zaken misschien ook zijn, we schieten er voor ons gevoel nog niet veel mee op. We moeten dus meer achtergrondinformatie hebben.
Het Hebreeuws is hierbij een belangrijk aanknopingspunt. De Hebreeuwse taal kent namelijk een zogenaamde getalswaarde. Een letter staat voor een bepaald cijfer. En op het moment dat er een woord of een naam geschreven wordt, heeft dit woord een bepaalde getalswaarde. Op deze getalswaarde wijst Johannes, wanneer hij hier oproept “het getal van het beest te berekenen.” Opnieuw dringt zich hier de vraag op: waarom schrijft Johannes dit zo mysterieus op? Er zijn twee goede redenen voor om op deze plek getallensymboliek te gebruiken.
Als eerste vermoed ik sterk dat Johannes bewust géén naam noemt. Wanneer hij een naam opschrijft, lijkt het alsof dit beest één individu is, die op één uniek moment in de geschiedenis het wereldtoneel betreedt.
Het probleem is echter dat er meer dan één dictator in de wereld is (geweest). En de waarheid over een dictatuur is dat het altijd en per definitie een antichristelijke machtsvorm is. De dictator beschouwt zichzelf als god.
De tweede reden dat Johannes hier geen concrete naam geeft, is de politieke gevoeligheid die ermee gepaard gaat. Het was in de tijd van de Romeinse keizers – die zich ook als god lieten vereren – niet bepaald zonder risico een slecht gerucht over hen te verspreiden en hen af te schilderen als deugnieten. Het feit dat Johannes een taalkundige truc uit het Hebreeuws gebruikt, zorgt ervoor dat hij iets in handen heeft waar de Romeinen geen weet van hebben. Bovendien laat het zien dat de eerste christenen deze berekening konden maken. Als dat niet zo was, had God Zijn dienstknecht Johannes dit nooit op deze manier hebben laten opschrijven.
De driehoek van het beest
We voelen wel aan dat we na het lezen van Openbaring 13 nog met onbeantwoorde vragen blijven zitten. Is het beest nu één individu? Is het één mens? En als dat zo is, kunnen we dan met het getal zeshonderdzesenzestig berekenen wie dit dan zou moeten zijn? Want zo moet het getal gelezen worden. Het zijn niet drie opeenvolgende zessen (6-6-6); nee, het is echt één getal, dat je moet uitspreken als zeshonderd-zes-en-zestig.
Samenvattend wil ik stellen dat we niet alle details kunnen invullen en daarbij de grote en belangrijke kanttekening plaatsen dat dit ook helemaal niet hoeft. Wij hoeven niet te weten of de antichrist één individu is. Wij hoeven niet per se de naam van de antichrist te weten.
Wat we wél goed moeten onthouden, is de “driehoek van het beest.” Wat is dit precies voor een driehoek? Deze driehoek bestaat uit de volgende elementen:
• Het beest: de dictatoriale politieke macht
• De mens: de persoon met aanhang van deze politieke macht
• De aanbidders van het beest: iedereen die actief toegewijd is aan het beest en zijn politieke ideologie
Dit zijn de aanknopingspunten die Openbaring 13 ons geeft. Aan deze feiten hebben christenen genoeg. We moeten niet gaan speculeren over het beest, maar we moeten de feiten vanuit dit tekstgedeelte laten staan. En de feiten liegen er niet om. Voortdurend wordt deze wereld bedreigd door politieke figuren die hongeren naar de macht – ten koste van alles en iedereen – en die zich willen laten aanbidden als god. Politieke ideologieën die streven naar de idealen van een dictatuur – één leider, één volk, één wil – zijn volgens Openbaring 13 per definitie “beesten”. En ze hebben altijd één gemeenschappelijke vijand: de Kerk van Jezus Christus.
Wat mij betreft hebben we geen naam nodig om te kunnen zien wie zich dictatoriaal gedraagt; dit kunnen we opmaken uit de politieke agenda die wordt nagestreefd. Daarom moeten we ook niet beginnen met het ontrafelen van de mysteries, maar aanknopingspunten zoeken in de omschrijvingen die we kunnen duiden. De oproep van Johannes in Openbaring 13:18 moet worden gelezen tegen de achtergrond van de rest van het hoofdstuk.
We hebben nu gezien wat er op aarde gebeurt na het volbrachte verlossingswerk van Jezus Christus. De volgende keer zullen we zien wat zich in de hemel afspeelt, als we verdergaan met Openbaring 14:6-7.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reageren? Plaats hier uw vraag en/of opmerking.